Nieuwe instructie over opvang bij meervoudige asielaanvraag

Fedasil stuurde op 06-03-2015 een nieuwe instructie over opvang bij meervoudige asielaanvragen. Deze vervangt de instructie van 05-10-2012.

Vanaf 16-03-2015 houdt Fedasil bij een nieuwe asielaanvraag geen rekening meer met de uitloopperiode van een oud recht op opvang volgens artikel 6 van de Opvangwet. Als de asielzoeker bijvoorbeeld na de vorige asielprocedure geen bevel om het grondgebied te verlaten (BGV) heeft ontvangen en daarom nog recht op opvang had op basis van artikel 6 van de Opvangwet, zal Fedasil dit recht niet automatisch meer erkennen bij een nieuwe asielaanvraag. Volgens de nieuwe instructie is het recht op opvang verbonden aan de meest recente asielprocedure. Vanaf de tweede asielaanvraag kan Fedasil de opvang weigeren, volgens artikel 4 van de Opvangwet. Fedasil weigert de opvang in zo'n geval door toekenning van een code 207 no show.

De nieuwe instructie voorziet een uitzondering op het principe om opvang alleen te koppelen aan de meest recente asielprocedure. Bij een hangende, onbeantwoorde aanvraag tot verlenging van opvang of bij een toegekende verlenging van opvang op basis van artikel 7 van de Opvangwet, houdt Fedasil wél nog rekening met dit oud recht op opvang. Artikel 7 van de Opvangwet voorziet verschillende mogelijkheden voor verlenging van opvang. Zo kunnen afgewezen asielzoekers die een verlenging van hun BGV vragen soms ook een verlenging van opvang vragen.

Hoe doe je beroep op deze uitzondering, en hoe verloopt deze?

  • De opvangstructuur moet Fedasil (dienst Dispatching) op de hoogte brengen van de aanvraag of beslissing tot verlenging van opvang op basis van artikel 7 van de Opvangwet. De onbeantwoorde aanvraag tot verlenging moet wel ingediend zijn vóór de nieuwe asielaanvraag.
  • De dienst Dispatching van Fedasil zal dan de code 207 no show terug intrekken.
  • Als Fedasil om deze reden alleen terug opvang toekent, dan geldt het recht op opvang ook enkel tot de aanvraag tot verlenging van opvang negatief beantwoord is of tot de toegekende termijn van verlenging van opvang.
  • Maar als de nieuwe asielaanvraag ondertussen al in overweging genomen is door het CGVS, is er opnieuw een recht op opvang. De opvangstructuur moet de inoverwegingneming door CGVS melden bij de dienst Dispatching van Fedasil. De dienst Dispatching van Fedasil zorgt dan voor een nieuw toewijzingsformulier voor opvang.

Wanneer een asielzoeker een code 207 no show krijgt, dan krijgt deze enkel terugbetaling van medische kosten door Fedasil. Dit tot een eventuele inoverwegingneming van de nieuwe asielaanvraag door het CGVS, op basis waarvan de asielzoeker zich terug kan aanmelden voor een opvangplaats.

Opmerking Vluchtelingenwerk Vlaanderen

Deze nieuwe instructie lijkt een onrechtmatig onderscheid te maken tussen personen die een oud recht op opvang hebben op basis van artikel 6 van de Opvangwet, en zij die er een hebben op basis van artikel 7 van de Opvangwet. Dit terwijl er vaak net geen BGV afgeleverd wordt omdat er een aanvraag tot humanitaire of medische regularisatie (artikel 9bis of 9ter van de Verblijfswet) hangend is en het dus om een even kwetsbaar persoon kan gaan als bij een toegekende verlenging. Alleen kan deze persoon geen aanvraag tot verlenging van opvang indienen omdat er nog geen BGV gekomen is.

Dit is des te meer zorgwekkend omdat de instructie op die manier ontradend kan werken om de nieuwe elementen die men heeft bij de asielinstanties voor te leggen.

Er is nog een juridisch argument tegen een stopzetting van de opvang van kwetsbare personen met een meervoudige asielaanvraag. Artikel 4 van de Opvangwet voorziet dat Fedasil een weigering van opvang bij meervoudige asielaanvraag individueel moet motiveren. In praktijk doet Fedasil dat echter niet. Daarvoor is Fedasil al herhaaldelijk veroordeeld.

Bericht van Vluchtelingenwerk Vlaanderen