Toewijzing gezin met minderjarig kind aan terugkeercentrum Holsbeek vernietigd in specifieke gevallen

Fedasil sloot einde maart 2013 een samenwerkingsprotocol af met de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ). Sinds midden mei 2013 worden gezinnen met kinderen zonder wettig verblijf die OCMW-steun vragen en wiens behoeftigheid erkend wordt, systematisch voor opvang toegewezen aan het nieuwe open terugkeercentrum te Holsbeek.

Fedasil werd nu al enkele keren veroordeeld omdat het bij deze toewijzing geen rekening hield met de specifieke situatie van deze families.

Het wettelijk kader

Deze gezinnen hebben op basis van artikel 57, §2 lid 1, 2° en lid 2 OCMW-Wet, artikel 60 Opvangwet en het KB van 24 juni 2004 recht op opvang en begeleiding in een opvangcentrum dat beheerd wordt door Fedasil. Het KB van 24 juni 2004 voorziet een tweesporenbegeleiding hetzij naar terugkeer hetzij naar een wettig verblijf in België. Binnen de drie maanden moet een dergelijk begeleidingstraject opgestart zijn.

De praktijk

Het terugkeercentrum van Holsbeek wordt beheerd door DVZ, en niet door Fedasil. De DVZ voorziet alleen begeleiding naar terugkeer, en niet naar een wettig verblijf in België. De gezinnen met kinderen krijgen er bij aankomst een bevel om het grondgebied te verlaten, en worden gedurende 30 dagen intensief begeleid naar een terugkeer. Gezinnen die op het einde van deze termijn nog niet zijn teruggekeerd of zich niet hebben ingeschreven voor vrijwillige terugkeer, worden door de DVZ overgeplaatst naar een terugkeerwoning voor gedwongen terugkeer.

De rechtspraak

Verschillende arbeidsrechtbanken hebben sommige individuele toewijzingsbeslissingen vernietigd, in kort geding. Het gaat om de volgende situaties of omstandigheden:

  • Sommigen onder hen hebben nog een aanvraag 9bis of 9ter Verblijfswet hangende. De voorzitter van de arbeidsrechtbank in Brussel baseerde zich op artikel 6 §5 van de Terugkeerrichtlijn, dat bepaalt dat men niemand kan laten terugkeren indien er nog een aanvraag tot verblijfsvergunning hangende is, om te besluiten dat men een familie met een lopende 9ter aanvraag niet naar een terugkeercentrum kan overplaatsen.
  • Daarnaast motiveert Fedasil deze toewijzingsbeslissingen aan Holsbeek niet, terwijl gezinnen met kinderen die bv. school lopen in Frans taalgebied, plots in een Nederlandstalige school terechtkomen. De voorzitter van de arbeidsrechtbank te Charleroi oordeelde dat dit een schending is van artikel 37 Opvangwet, dat verplicht het belang van de minderjarige voorop stelt.
  • Ook in het geval van een gezin waarin een van de kinderen dagelijks werd opgevolgd in een Brussels ziekenhuis, beval de rechter het behoud van de huidige opvangplaats. Fedasil moet immers rekening houden met de specifieke omstandigheden en motiveren waarom het toewijst aan een bepaalde opvangplaats. Dat was ook de uitspraak van de voorzitter van de arbeidsrechtbank te Luik, die hierbij verwijst naar artikel 13 van het Handvest van de sociaal verzekerde.
  • En ook in een recente beschikking van de arbeidsrechtbank te Brussel worden deze argumenten aangenomen.

Bronnen

Oproep aan advocaten

Deze uitspraken zijn allemaal beschikkingen in hoogdringendheid of kortgeding. Heeft u zelf een zaak die ten gronde werd behandeld? Andere interessante rechtspraak over het terugkeercentrum Holsbeek? U mag deze steeds delen via asiel@vluchtelingenwerk.be enbrecht.dhoore@kruispuntmi.be.

Bericht van Vluchtelingenwerk Vlaanderen en Kruispunt Migratie-Integratie