Arbeidsrechtbank Antwerpen - 14/4961/A - 7-10-2015

Samenvatting

Eiseres vroeg een medische regularisatie aan. In afwachting bekwam zij een attest tot immatriculatie. In 2014 heeft Famifed beslist personen met zulk een arrest geen gewaarborgde gezinsbijslag meer te verlenen. Een attest van immatriculatie wordt bijvoorbeeld maandelijks verlengd. De redenering is dat enkel een kort verblijf wordt toegestaan in afwachting van een toelating of machtiging om in België voor minstens drie maanden te verblijven. Eiseres stelt dat in navolging van een arrest over een Duits geschil ook voor dergelijke korte verblijven uitkeringen moeten verstrekt worden. Uit het arrest blijkt dat er reeds een verblijf was van twee jaar in Duitsland. Bovendien was er ook eerst een precair attest waarna er een verblijfstitel werd verleend, daar waar het in België enkel een precair attest betreft in afwachting van een toelating of machtiging.
 
De termen “toegelaten” en “gemachtigd” waarnaar verwezen wordt dienen geïnterpreteerd te worden in de betekenis zoals die vermeld staat in de Vreemdelingenwet (Wet 1980 12 15, artikel 9, 14).
 
Zo wordt met “toelating tot verblijf” de toelating bedoeld om in België te verblijven gedurende meer dan drie maanden (materie geregeld door de artikelen 9 en volgende van de Vreemdelingenwet) terwijl met “machtiging tot vestiging” de machtiging bedoeld wordt die verleend wordt aan de vreemdeling die onbeperkt in België mag verblijven (materie geregeld door de artikelen 14 en volgende van de Vreemdelingenwet).
 
Dit standpunt wordt uitdrukkelijk bevestigd door een arrest van het Hof van Cassatie waarin werd overwogen dat een asielzoeker, die wel toegelaten is tot het grondgebied doch enkel voor een verblijf van minden dan drie maanden, geen recht heeft op gewaarborgde kinderbijslag (Cass 13 mei 1996, T.V.R., 1996, 339).