Medische kosten als persoon in een situatie van medische overmacht

In het kort

Medische overmacht is een uitzonderlijke situatie waar je onwettig verblijft in België, en waar je door je medische situatie niet kan terugkeren naar je herkomstland of het land waar je verblijfsrecht hebt. 

Als je onwettig verblijft in België en door medische overmacht niet kan terugkeren naar je herkomstland, kan je recht hebben op :

  • financiële steun: maatschappelijke dienstverlening van het OCMW
  • materiële steun: verlengde materiële opvang

Het Grondwettelijk Hof oordeelde al in 1999 dat je recht hebt op maatschappelijke dienstverlenging als je je in de absolute onmogelijkheid bevindt om gevolg te geven aan je bevel om het grondgebied te verlaten omwille van medische redenen. (Grondwettelijk Hof 30 juni 1999, nr. 80/99). 

Heb je recht op financiële of materiële steun? Dat hangt af van de steun die je geniet op het moment van je steunaanvraag:

  • Als je geen materiële opvang geniet, dan kan je recht hebben op financiële steun. 
  • Als je materiële opvang geniet, bijvoorbeeld in het kader van een asielaanvraag, dan kan je recht hebben op verlengde materiële steun.

Ook je (niet-zieke) familieleden kunnen soms steun toegekend krijgen op basis van jouw situatie van medische overmacht.

Wat is medische overmacht?

Er is medische overmacht wanneer je:

  • omwille van medische redenen
  • in de absolute onmogelijkheid verkeert
  • om gevolg te geven aan het bevel om het grondgebied te verlaten

De ‘absolute onmogelijkheid’ is de ‘onmogelijkheid om een adequate verzorging te krijgen in je land van herkomst of het land dat de betrokkene dient terug te nemen’ (Grondwettelijk Hof 21 december 2005, nr. 194/2005). Volgens het Hof van Cassatie moet hiervoor nagegaan worden of je in je herkomstland effectief toegang hebt tot de noodzakelijke zorgen (Hof van Cassatie nr. S.15.0041.F van 15 februari 2016)

De OCMW’s moeten deze rechtspraak toepassen om financiële steun toe te kennen. Dit gebeurt echter niet altijd.

In de memorie van toelichting van de Opvangwet staat een verwijzing naar het arrest van het Grondwettelijk Hof van 30 juni 1999. Daarom wordt soms een verlenging van de opvang om medische redenen toegestaan.

Ook als een beroep hangende is bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen tegen een 9ter-weigeringsbeslissing van DVZ, kent het OCMW soms financiële steun toe op basis van medische overmacht.(Lees meer hierover in ons nieuwsbericht ‘OCMW-steun en bijlage 35 tijdens beroep tegen 9ter-weigering?’)

De criteria van medische overmacht voor OCMW-steun lijken sterk op die van medische regularisatie (9ter). Als de arbeidsrechtbank oordeelt dat je in een situatie van medische overmacht bent, dan kan dit zeker een positief element zijn voor je aanvraag om medische regularisatie.

Recht op materiële steun bij medische overmacht

Je hebt recht op materiële steun in de vorm van verlengde materiële opvang als je :

  • je in een situatie van medische overmacht bevindt en
  • je materiële opvang geniet, bijvoorbeeld in het kader van een asielaanvraag.

Lees meer over het verlengd recht op materiële opvang.

Recht op financiële steun bij medische overmacht

Je hebt recht op financiële steun in de vorm van maatschappelijke dienstverlening van het OCMW als je:

- je in een situatie van medische overmacht bevindt én
- je geen materiële opvang geniet.

Dit volgt uit de rechtspraak van het Grondwettelijk Hof (Grondwettelijk Hof 30 juni 1999, nr. 80/99).

Het OCMW moet de rechtspraak van de hoogste rechtshoven volgen. In de praktijk komen OCMW’s vaak maar tussen als de POD MI aan hen de kosten van financiële steun terugbetaalt. Daarom geven we hieronder een overzicht van de praktijk van de POD MI voor drie verschillende situaties:

De POD MI betaalt het OCMW de financiële steun terug tijdens de periode van verlenging van het bevel indien je de verlenging verkreeg op grond van zwangerschap, geboorte of medische redenen.  

Dit ongeacht of je op het moment van de betekening van het bevel om het grondgebied (BGV) te verlaten financiële steun kreeg of niet. De POD MI betaalt terug:

  • binnen de grenzen vastgelegd door het Ministerieel Besluit van 30 januari 1995 én 
  • voor zover een voorafgaand sociaal onderzoek het bestaan en de omvang van de nood aan steun vaststelt.

Indien je de verlenging van de uitvoeringstermijn van je bevel verkreeg om een andere reden dan geboorte, zwangerschap of medische redenen, betaalt de POD MI de financiële steun niet terug aan het OCMW. Behalve als het OCMW veroordeeld werd tot steunverlening door de arbeidsrechtbank. 

Hoewel de al dan niet terugbetaling door de POD MI geen criterium mag zijn voor toekenning financiële steun, neemt het OCMW in de praktijk meestal een negatieve beslissing. Als het OCMW wel een positieve beslissing neemt, is de financiële steun vaak beperkt (bijvoorbeeld alleen de huishuur). 

In die situatie, is het aangewezen beroep aan te tekenen bij de arbeidsrechtbank. Als de arbeidsrechtbank het OCMW veroordeelt, dan moet de Belgische staat de financiële steun aan het OCMW terugbetalen. De praktijk lijkt in strijd met:

  • art. 57§2, 5elid OCMW-wet
  • de omzendbrief van 26 april 2005 van de POD MI

De praktijk van de POD MI lijkt niet in overeenstemming met artikel 57 §2, 5elid van de OCMW-wet. Dit artikel stelt dat stelt als je financiële steun van het OCMW krijgt op het moment dat je een bevel krijgt om het grondgebied te verlaten, je je recht op financiële steun behoudt tot:

  • de dag dat je het grondgebied verlaat, maar
  • ten laatste tot de dag dat je termijn om het grondgebied te verlaten verstrijkt  

De OCMW-wet maakt dus geen onderscheid tussen de redenen van verlenging van het bevel. 

De praktijk van de POD MI is bovendien niet in overeenstemming met de omzendbrief van 26 april 2005 van de POD MI. Lees hierover meer in een nieuwsbericht van 2014.

Als de uitvoeringstermijn van je bevel om het grondgebied te verlaten verstreken is en niet verlengd werd, betaalt de POD MI de financiële steun niet terug aan het OCMW. Behalve als het OCMW veroordeeld werd tot steunverlening door de arbeidsrechtbank. 

Hoewel de al dan niet terugbetaling door de POD MI geen criterium mag zijn voor toekenning financiële steun, neemt het OCMW in de praktijk meestal een negatieve beslissing. Als het OCMW wel een positieve beslissing neemt, is de financiële steun vaak beperkt (bijvoorbeeld alleen de huishuur).In die situatie, is het aangewezen beroep aan te tekenen. Als de arbeidsrechtbank het OCMW veroordeelt, dan moet de Belgische staat de financiële steun aan het OCMW terugbetalen.