Erkenning relatie van samenleven

Erkenning zonder gerechtelijke procedure (art. 27 WIPR)

Op grond van artikel 27 Wetboek IPR gebeurt de erkenning van een relatie van samenleven de plano. Dat betekent dat er geen procedure moet worden gevoerd. De erkenning kan gebeuren door de ambtenaar van de burgerlijke stand zonder afdwinging voor de rechtbank. De ambtenaar van de burgerlijke stand moet wel een aantal zaken controleren:

  • de rechtsgeldigheid volgens het toepasselijk recht

De ambtenaar van de burgerlijke stand gaat na of het recht dat het Wetboek IPR aanwijst, gerespecteerd is. In geval van wettelijke samenwoning gaat het om het recht van het land waar de eerste registratie gebeurde.

  • de echtheid van de akte

De ambtenaar van de burgerlijke stand gaat na of de akte voldoet aan de voorwaarden die nodig zijn voor haar echtheid volgens het recht van het land waar de akte is opgesteld. Legalisatie of apostille tonen aan dat het document werd opgemaakt door de bevoegde instantie en dat het echt is;

  • of er geen strijdigheid is met de openbare orde

Onder openbare orde wordt de internationale privaatrechtelijke openbare orde begrepen. Het Hof van Cassatie begrijpt hieronder de beginselen die essentieel zijn voor de morele, politieke en economische orde van België.

Iedere casus zal in concreto moeten beoordeeld worden: "bij de beoordeling van deze onverenigbaarheid wordt inzonderheid rekening gehouden met de mate waarin het geval met de Belgische rechtsorde is verbonden en met de ernst van de gevolgen die de toepassing van dat buitenlands recht zou meebrengen" (artikel 21 Wetboek IPR). 

  • of er geen sprake is van wetsontduiking

Er moet geen rekening worden gehouden met "feiten en handelingen gesteld met het enkele doel te ontsnappen aan de toepassing van het door deze wet aangewezen recht" (artikel 18 Wetboek IPR). 

Gerechtelijke erkenning

Als de ambtenaar van de burgerlijke stand of een andere overheid weigert om een relatie van samenleven te erkennen, kunnen betrokkenen een verzoekschrift tot erkenning van hun buitenlandse akte van samenwoning indienen bij de rechtbank van eerste aanleg. Dat kan op eenzijdig verzoekschrift. De ambtenaar hoeft dus niet te worden gedagvaard. De procedure wordt beschreven in artikel 23 Wetboek IPR. Zie ook de omzendbrief van 23 september 2004 bij het Wetboek IPR, subtitels M.4 en G.3.

Gevolgen van de erkenning

Aanpassing rijksregister

De erkenning van een buitenlandse relatie van samenleven leidt tot een aanpassing van het rijksregister (Code 80 in IT120).

Burgerlijke staat

Het principe in het WIPR is dat het recht van de plaats van de eerste registratie bepaalt of een relatie van samenleven een huwelijksbeletsel vormt, en dus of de relatie eerst ontbonden moet worden vóór een van de partners een huwelijk kan afsluiten.

Sinds 11 maart 2023 is echter bepaald dat een Belgische wettelijke samenwoning een huwelijksbeletsel is voor een voorgenomen huwelijk tussen andere partners (art. 147 BW en art. 1476§2, eerste lid BW) . Bovendien werd dit in de voorbereidende werken beschouwd als zijnde van openbare orde. Daardoor kunnen buitenlandse rechtsfiguren die als een relatie van samenleven in de zin van artikel 58 WIPR beschouwd kunnen worden, ook onder deze regeling vallen, rekening houden met de verbondenheid met de Belgische rechtsorde en de concrete gevolgen van de buitenlandse relatie van samenleven met een derde.