Hof van beroep Gent - 2014/AR/2336 - 30-06-2016

Samenvatting

Bij een en ander valt op dat X en Y, het tijdsverloop en het volgens Y te beperkte onderzoek (naar een schijnhuwelijk) ten spijt, geen dienstige stoffering bieden omtrent de gewezen huwelijksrelatie. Y kan zich niet achter het tijdsverloop verschuilen om manifest tegenstrijdige verklaringen te vergoelijken. Bijvoorbeeld of er al dan niet een (bepaalde) trouwfeest (met uitwisseling van trouwringen) is gehouden, vergeet men niet zo maar, ook niet na jaren.
 
Y biedt evenmin stoffering omtrent haar bewering dat zij het huwelijk heeft willen redden.
 
Dat in casu andere ‘klassieke’ knipperlichten van een schijnhuwelijk (zoals een huwelijk via een tussenpersoon, een groot leeftijdsverschil of een te gebrekkige talenkennis om degelijk met elkaar te communiceren) ontbreken, doet vanzelfsprekend geen afbreuk aan onderhavig besluit tot een schijnhuwelijk.