Hof van beroep
Brussel
2009/AR/1794
Nationaliteitsverklaring – art. 12bis §1, 3° WBN – negatief advies parket – gewichtige feiten eigen aan de persoon – beroep – advies ongegrond – geen betekening vonnis door procureur des konings - hoger beroep – art. 12bis §4, lid 3 WBN – beroepstermijn voor belanghebbende – 15 dagen na de kennisgeving door toedoen van de procureur des konings – termijn voor kennisgeving – geen termijn – mogelijke discriminatie - prejudiciële vraag aan GwH

De overwegingen van verzoeker met betrekking tot een mogelijke discriminatoire behandeling die voortvloeit uit de toepassing van art. 12bis §4, lid 3 WBN lijkt niet manifest ongegrond te zijn. Het Hof stelt in casu trouwens vast dat de procureur des konings pas overgegaan lijkt te zijn tot de kennisgeving van het vonnis aan de verzoeker nadat hij beroep ingesteld had. Wanneer de procureur des konings gedurende lange of zelfs onbepaalde tijd weigert over te gaan tot de kennisgeving van een vonnis gunstig voor de vreemdeling, kan dit vonnis niet “definitief” worden, noch overgeschreven worden door de ambtenaar van de burgerlijke stand, wat hem uiteraard schade berokkent.