Hof van Cassatie - P.14.1289.N - 16-09-2014

Samenvatting

Artikel 13.1 Terugkeerrichtlijn bepaalt: “Aan de betrokken onderdaan van een derde land wordt een doeltreffend rechtsmiddel van beroep of bezwaar toegekend, dat hij bij een bevoegde rechterlijke of administratieve autoriteit of bij een onpartijdig samengestelde bevoegde instantie waarvan de onafhankelijkheid is gewaarborgd, kan aanwenden tegen de in artikel 12, lid 1, bedoelde besluiten in
het kader van de terugkeer.” De bepaling houdt geen verband met de toetsing door een rechterlijke autoriteit van de door een administratieve autoriteit bevolen maatregel van vrijheidsberoving teneinde de terugkeer te kunnen voorbereiden of de verwijderingsprocedure uit te voeren.
 
In zoverre het middel schending van die bepaling aanvoert, faalt het naar recht.
 
Het onderzoeksgerecht dat op grond van artikel 72 Vreemdelingenwet verzocht wordt uitspraak te doen over de wettigheid van een administratieve beslissing van vrijheidsberoving van een vreemdeling, dient vast te stellen dat dit rechtsmiddel zonder voorwerp is indien de vreemdeling niet langer krachtens die beslissing, maar op grond van een andere autonome titel van zijn vrijheid is beroofd. Het door artikel 72 Vreemdelingenwet bedoelde wettigheidsonderzoek heeft immers slechts betrekking op de bekritiseerde titel van vrijheidsberoving.
 
In zoverre het middel uitgaat van een andere rechtsopvatting, faalt het naar recht.
 
De overheid kan niet willekeurig, maar slechts in de in de Vreemdelingenwet bepaalde gevallen een nieuwe titel van vrijheidsberoving uitvaardigen.
 
De vreemdeling kan vervolgens op grond van artikel 72 Vreemdelingenwet en volgens de daarin bepaalde procedure het onderzoeksgerecht verzoeken om de wettigheid van de nieuwe titel van vrijheidsberoving te onderzoeken.
 
In zoverre het middel aanvoert dat de overheid naar eigen inzicht op ieder ogenblik de rechtsgang kan afbreken en aldus elke rechterlijke controle onmogelijk kan maken, faalt het naar recht.
 
Uit de omstandigheid dat het onderzoeksgerecht op grond van artikel 72 Vreemdelingenwet de wettigheid van een administratieve beslissing van vrijheidsberoving van een vreemdeling niet langer kan toetsen omdat zijn vrijheidsberoving niet meer op die titel is gegrond, volgt niet dat de betrokkene de onrechtmatigheid van die titel en de daarop gesteunde vrijheidsberoving niet meer kan laten toetsen door de burgerlijke of de strafgerechten.