Langdurig ingezetene met tweede verblijf in België als student of om andere redenen

In het kort

Heb je als derdelander de status van langdurig ingezetene bekomen in een andere EU-lidstaat? Dan kan je onder bepaalde voorwaarden een tweede verblijf bekomen in België. Bijvoorbeeld om hier te studeren of om andere redenen.

Voorwaarden en documenten

Je moet 192 euro betalen als bijdrage in de administratieve kosten voor de behandeling van je aanvraag. Tenzij je vrijgesteld bent. Lees hier meer over de vrijstellingen en procedure.

Jijzelf, of een derde persoon, schrijft dit bedrag over op bankrekening BE57 6792 0060 9235 van de Dienst Vreemdelingenzaken.

In de mededeling vermeld je je naam, voornaam, geboortedatum en nationaliteit. Voor de mededeling moet je volgende structuur gebruiken: NaamVoornaamNationaliteitDDMMJJJJ.

Je bewijst dat je de retributie betaald hebt met een bewijs van betaling, zoals een rekeninguittreksel of een stortingsbewijs met stempel van de post.

Je moet een geldige EU-verblijfsvergunning voor langdurig ingezetene hebben, afgeleverd door een andere lidstaat van de EU (behalve Denemarken en Ierland). Hier vind je een lijst met de verblijfsdocumenten van alle EU-lidstaten. Via het opschrift op de kaart kan je nagaan of je de status hebt van langdurig ingezetene in een specifieke lidstaat.

Je moet je hoofdverblijfplaats in België hebben. De richtlijn omschrijft de 'tweede lidstaat' als: 

  • de lidstaat waarin je jouw recht van verblijf uitoefent, en
  • die niet de lidstaat is die jou als eerste de status van langdurig ingezetene heeft toegekend.

Je moet een geldige reden hebben voor je verblijf in België.

Dit zijn geldige redenen:

  • Je komt in België studeren: je moet voldoen aan de voorwaarden die gelden voor een derdelands student. Je legt de nodige documenten voor om te bewijzen dat je voldoet aan die voorwaarden . 
  • Je komt naar België om andere redenen: je moet bewijzen dat je over stabiele, regelmatige en toereikende inkomsten beschikt voor jezelf en je familieleden om te voorkomen dat jij of je familieleden ten laste vallen van de overheid. Je bewijst dat je een ziekteverzekering hebt. 
     

Vanaf 18 jaar moet je bewijzen dat je geen gevaar vormt voor de openbare orde of nationale veiligheid. Je bewijst dat met een uittreksel uit het strafregister of een bewijs van goed gedrag en zeden. In principe vraag je dit aan bij de bevoegde overheid in het land van herkomst. Het document mag niet ouder zijn dan 6 maanden. Kijk na of je het buitenlands document moet laten legaliseren of voorzien van een apostille. Als het document in een andere taal opgesteld is dan het Duits, het Engels, het Frans of het Nederlands, dan moet je het laten vertalen door een beëdigd vertaler. De Belgische ambassade werkt samen met een aantal beëdigde vertalers. Contacteer de ambassade om te weten op welke vertalers je een beroep kan doen.

Als je geen bewijs of geen voldoende recent bewijs kan voorleggen, motiveer dan waarom.

Je mag geen gevaar vormen voor de volksgezondheid. Om die reden mag je niet lijden aan één van de ziekten opgesomd in de bijlage bij de Verblijfswet. Je bewijst dat met een medisch attest dat bevestigt dat je niet lijdt aan een ziekte die een gevaar vormt voor de Belgische volksgezondheid. Het mag niet ouder zijn dan 6 maanden. Het attest kan opgesteld worden door een arts die erkend is door de Belgische ambassade. Contacteer de ambassade om te weten op welke arts je een beroep kan doen. Als je voor een niet-erkende geneesheer kiest moet je zijn handtekening laten legaliseren door de bevoegde plaatselijke overheid. Nadien moet je de handtekening van deze overheid laten legaliseren door de Belgische diplomatieke post. Ben je al in België? Dan kan je een medisch attest laten opmaken door een arts naar keuze in België.

Procedure vanuit het buitenland

Bij je aanvraag leg je het bewijs voor dat je de retributie betaald hebt of dat je geen bijdrage moet betalen.

Leg je geen betalingsbewijs voor, dan verklaart de Belgische diplomatieke post of DVZ je aanvraag onontvankelijk. Je krijgt dan een bijlage 42, een beslissing van niet-ontvankelijkheid.

Leg je een betalingsbewijs voor waaruit blijkt dat je een gedeelte van de bijdrage betaald hebt, dan krijg je een bijlage 43. Je krijgt dan 30 dagen (te rekenen vanaf de dag na de kennisgeving van de beslissing) om het resterende bedrag te storten én om het bewijs daarvan voor te leggen. Stelt de Belgische diplomatieke post of DVZ vast dat dit bedrag niet betaald werd binnen deze termijn, dan krijg je een bijlage 42 en wordt je aanvraag onontvankelijk verklaard.

De diplomatieke post stuurt een kopie van de bijlage 42 en 43 naar DVZ.

Tegen de bijlage 42 en 43 kan je een niet-schorsend beroep bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV) indienen.

Je dient je aanvraag in bij de bevoegde Belgische diplomatieke post. Dat kan in je land van herkomst zijn of in de EU-lidstaat waar je de status van langdurig ingezetene hebt. Bij je aanvraag voeg je alle nodige documenten toe (zie 'Voorwaarden en documenten' hierboven). De Belgische post stuurt je aanvraag meteen door naar DVZ. 

DVZ moet binnen vier maanden na je aanvraag een beslissing doorsturen naar de bevoegde diplomatieke post. DVZ kan de termijn éénmaal verlengen met drie maanden als je niet alle vereiste documenten voorlegde of als je aanvraag complex is. Je krijgt een kopie van de verlengingsbeslissing. 

 

DVZ kan je aanvraag alleen weigeren in één van de volgende gevallen:

  • Je legde niet binnen vier maanden, eventueel verlengd met drie maanden, de nodige documenten voor om te bewijzen dat je recht hebt op een tweede verblijf in België;
  • Je voldoet niet aan de voorwaarden om te genieten van een recht op een tweede verblijf in België als langdurig ingezetene uit een andere EU-lidstaat;
  • Je vormt een gevaar voor de openbare orde of nationale veiligheid. In dat geval moet DVZ rekening houden met de ernst of de aard van de inbreuk die jij of je familielid pleegde op de openbare orde of de nationale veiligheid. Ook moet DVZ rekening houden met het gevaar dat uitgaat van jou of je familielid. DVZ mag de redenen waarom je een gevaar zou vormen voor de openbare orde of de nationale veiligheid, niet inroepen voor economische doeleinden;
  • Je vormt een gevaar voor de volksgezondheid.

Als DVZ een positieve beslissing neemt, krijg je een machtiging voor een beperkt verblijf in België. Hetzelfde geldt als DVZ geen beslissing doorstuurde naar de ambassade of het consulaat binnen vier maanden, eventueel verlengd met drie maanden.

 

Je kan vervolgens met je paspoort en je machtiging tot verblijf naar België komen. Eenmaal in België meld je je binnen 8 dagen na je aankomst aan bij de gemeente van je verblijfplaats. Daar leg je je machtiging tot verblijf voor. 

De gemeente geeft je een elektronische A kaart en schrijft je in in het Vreemdelingenregister. Je moet je A kaart jaarlijks laten vernieuwen. Zolang je voldoet aan de voorwaarden van je verblijf, vernieuwt DVZ je kaart.

Procedure vanuit wettig verblijf in België

Bij je aanvraag leg je het bewijs voor dat je de retributie betaald hebt of dat je geen bijdrage moet betalen.

Leg je geen betalingsbewijs voor, dan verklaart de gemeente of DVZ je aanvraag onontvankelijk. Je krijgt dan een bijlage 42, een beslissing van niet-ontvankelijkheid.

Leg je een betalingsbewijs voor waaruit blijkt dat je een gedeelte van de bijdrage betaald hebt, dan krijg je een bijlage 43. Je krijgt dan 30 dagen (te rekenen vanaf de dag na de kennisgeving van de beslissing) om het resterende bedrag te storten én om het bewijs daarvan voor te leggen. Stelt de gemeente of DVZ vast dat dit bedrag niet betaald werd binnen deze termijn, dan krijg je een bijlage 42 en wordt je aanvraag onontvankelijk verklaard.

De gemeente stuurt een kopie van de bijlage 42 en 43 naar DVZ.

 

Tegen de bijlage 42 en 43 kan je een niet-schorsend beroep bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV) indienen.

Je doet een aanvraag bij de gemeente van je verblijfplaats. Bij je aanvraag voeg je alle nodige documenten toe (zie 'Voorwaarden en documenten' hierboven).

De gemeente doet eerst een woonstcontrole om te zien of je effectief op het grondgebied van de gemeente verblijft. Als dat niet zo is of als je geen geldig nationaal paspoort kan voorleggen, dan neemt de gemeente je aanvraag niet in overweging. De gemeente geeft je dan een bijlage 45 (beslissing tot niet-inoverwegingname). Daartegen kan je alleen een niet-schorsend beroep instellen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV).

Als de woonstcontrole positief is én je een geldig nationaal paspoort kan voorleggen, krijg je een bewijs van je aanvraag in de vorm van een bijlage 41bis. De gemeente stuurt je aanvraag onmiddellijk door naar DVZ en geeft je een attest van immatriculatie (AI). Dat is een voorlopig verblijfsrecht van vier maanden, met drie maanden verlengbaar, in afwachting van een beslissing. 

DVZ moet binnen vier maanden na je aanvraag een beslissing doorsturen naar de gemeente. DVZ kan de termijn éénmaal verlengen met drie maanden als je niet alle vereiste documenten voorlegde of als je aanvraag complex is. Je krijgt een kopie van de verlengingsbeslissing. 

 

DVZ kan je aanvraag alleen weigeren in één van de gevallen die hierboven (onder aanvraag vanuit het buitenland) opgesomd worden. Je krijgt dan een beslissing tot weigering van verblijf met een bevel om het grondgebied te verlaten (bijlage 44). Daartegen kan je alleen een niet-schorsend beroep instellen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV).

 

Als DVZ een positieve beslissing neemt, krijg je een machtiging voor een beperkt verblijf in België. Hetzelfde geldt als DVZ géén beslissing doorstuurde naar de gemeente binnen vier maanden, eventueel verlengd met drie maanden.

 

De gemeente geeft je een elektronische vreemdelingenkaart A. Als student krijg je een A kaart die geldig is tot 31 oktober van het volgende jaar.

Procedure vanuit onwettig verblijf in België

Een aanvraag vanuit onwettig verblijf in België is alleen mogelijk als je buitengewone omstandigheden bewijst die het onmogelijk of bijzonder moeilijk maken om je aanvraag in het buitenland in te dienen. Bijvoorbeeld omdat je een minderjarig kind hebt in België en een terugkeer je recht op een gezinsleven zou schenden.

Bij je aanvraag leg je het bewijs voor dat je de retributie betaald hebt of dat je geen bijdrage moet betalen.

Leg je geen betalingsbewijs voor, dan verklaart de gemeente of DVZ je aanvraag onontvankelijk. Je krijgt dan een bijlage 42, een beslissing van niet-ontvankelijkheid.

Leg je een betalingsbewijs voor waaruit blijkt dat je een gedeelte van de bijdrage betaald hebt, dan krijg je een bijlage 43. Je krijgt dan 30 dagen (te rekenen vanaf de dag na de kennisgeving van de beslissing) om het resterende bedrag te storten én om het bewijs daarvan voor te leggen. Stelt de gemeente of DVZ vast dat dit bedrag niet betaald werd binnen deze termijn, dan krijg je een bijlage 42 en wordt je aanvraag onontvankelijk verklaard.

De gemeente stuurt een kopie van de bijlage 42 en 43 naar DVZ. Tegen de bijlage 42 en 43 kan je een niet-schorsend beroep bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV) indienen.

Je doet een aanvraag bij de gemeente van je verblijfplaats. Bij je aanvraag voeg je alle nodige documenten (zie 'Voorwaarden en documenten' hierboven).

Als er geen buitengewone omstandigheden zijn die je aanvraag vanuit onwettig verblijf in België rechtvaardigen, moet je de aanvraag in het buitenland indienen. 

De gemeente doet eerst een woonstcontrole om te controleren of je op het grondgebied van de gemeente verblijft. Als dat niet zo is, dan neemt de gemeente je aanvraag niet in overweging. De gemeente geeft je dan een bijlage 2 (bijlage 2 van de omzendbrief van 21 juni 2007). Je kan alleen een niet-schorsend beroep instellen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV). 

 

Als de woonstcontrole positief is krijg je een ontvangstbewijs (bijlage 3 van de omzendbrief van 21 juni 2007). De gemeente maakt je aanvraag onmiddellijk over aan DVZ.

DVZ spreekt zich eerst uit over de buitengewone omstandigheden die je inriep om je aanvraag vanuit onwettig verblijf in België te verantwoorden. Als DVZ oordeelt dat er geen buitengewone omstandigheden zijn, verklaart het je aanvraag onontvankelijk. Tegen die beslissing kan je alleen een niet-schorsend beroep instellen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV).

 

Als je aanvraag ontvankelijk is, krijg je een bewijs van je aanvraag in de vorm van een bijlage 41bis en een attest van immatriculatie (AI). De procedure verloopt verder zoals een aanvraag vanuit wettig verblijf (zie hierboven).