De RvV beveelt verder onderzoek door het CGVS naar de vraag of een Afghaanse verwesterde jongeman vandaag een gegronde vrees voor vervolging of een risico op ernstige schade heeft ingeval van terugkeer naar Kaboel.
De man kon zijn homoseksualiteit niet beleven in India binnen de Tibetaanse gemeenschap. De RvV houdt ook rekening met zijn introverte natuur en terughoudendheid om zijn homoseksualiteit kenbaar te maken.
Het CGVS weigerde omwille van een eerder toegekende subsidiaire beschermingsstatus in Hongarije. Maar de RvV stelt vast dat uit de beschikbare informatie niet blijkt dat de man nog steeds over een geldige Hongaarse verblijfstitel beschikt.
Het EHRM veroordeelt Hongarije op 14-03-2017 onder meer voor een schending van het verbod op vernederende en onmenselijke behandeling door asielzoekers terug te sturen naar Servië, waardoor er een reëel risico op kettingrefoulement is. België stuurt momenteel geen asielzoekers terug naar Hongarije.
De RvS besloot tot een schending van de motiveringsplicht in een zaak waarin de asielzoekster de 'eenheid van gezin' in roept. Ze roept dit in zowel met haar partner als minderjarige zoon, beiden erkend vluchteling. De RvV onderzocht enkel de eerste band.
De RvV erkende op 14-12-2016 twee Irakese broers die in Bagdad het slachtoffer waren van dreigbrieven, als vluchteling. De protection officer bij het CGVS was volgens de RvV te veel uitgegaan van zijn eigen verwachtingen.
RvV arrest nr. 175.525 van 29-09-2016 vernietigt de niet-inoverwegingname van de vierde asielaanvraag van een Somalische man met Bajuni origine. De man legde onder meer een nationaliteitsverklaring van de Somalische ambassade te Brussel neer.
In arrest nr. 175.642 van 30-09-2016 legt de RvV eerdere rechtspraak van Cass. van 21-01-2014 naast zich neer. Cass. oordeelde dat een tweede asielaanvraag na terugkeer uit land van herkomst een nieuwe asielaanvraag is. De RvV daarentegen oordeelt dat die tweede asielaanvraag wel degelijk een meervoudige asielaanvraag is.
Raad van State arrest nr. 234.824 van 24-05-2016 stelt dat de intrekking van subsidiaire beschermingsstatus door het CGVS geen uitwijzingsbeslissing is. Dus is het advies van het CGVS over de verenigbaarheid van een mogelijke uitwijzing met artikel 3 EVRM geen aanvechtbare rechtshandeling.
RvV arrest nr. 167.848 van 19-05-2016 en RvV arrest nr. 170.821 van 29-06-2016 kennen allebei subsidiaire bescherming toe op grond van artikel 48/4, §2, b Vw.
Volgens EHRM arrest van 23-08-2016 kunnen de Iraakse autoriteiten geviseerde groepen onvoldoende beschermen tegen de bedreigingen van Al-Qaeda en andere private groepen.
Een nieuw KB somt vanaf 29-08-2016 op als veilig land van herkomst: Albanië, Bosnië-Herzegovina, Macedonië (FYROM), Georgië, India, Kosovo, Montenegro, Servië.
In verschillende gelijkaardige arresten vernietigt de RvV de weigeringsbeslissing van het CGVS wegens onterechte toepassing van 'eerste land van asiel'. De RvV verduidelijkt dat dit begrip niet van toepassing is op EU-lidstaten.
RvV arrest nr. 164.790 van 25-03-2016 bevestigt de intrekking van vluchtelingenstatus door CGVS van een Congolese man die was teruggekeerd naar zijn land, zonder toestemming of verantwoording.
Opvallend in de Wet van 1-06-2016 tot wijziging van de Verblijfswet (in werking 8-07-2016): erkende vluchtelingen krijgen de eerste 5 jaar na asiel een tijdelijk verblijfsrecht. Dat heeft geen invloed op hun recht op werk en op leefloon, en zij kunnen ook nog een Belgisch reisdocument krijgen. De regels voor einde verblijf zijn wel uitgebreid.
Dit verdrag van de Raad van Europa is onder meer van belang voor het verblijfsrecht via gezinshereniging en via asiel. Het beschermt ook tegen een uitwijzing.
Volgens Raad van State arrest nr. 233.513 van 19-01-2016 is een beslissing van de RvV over een wraking géén tussentijdse beslissing tegen dewelke pas een cassatieberoep mogelijk is na de procedure ten gronde.
RvV arrest nr. 162.694 van 24-02-2016 schorst bij UDN de uitvoering van een impliciete beslissing. Bij een meervoudige asielaanvraag werd geen bijlage 11ter afgeleverd. De situatie bij terugkeer naar Turkije werd niet grondig onderzocht door DVZ.
RvV arrest nr. 165.615 van 12-04-2016 vernietigt een asielweigering aan een Iraakse man uit Bagdad. Volgens de RvV deed het CGVS geen grondige analyse van de actuele veiligheidssituatie in Bagdad en trok het twijfelachtige conclusies uit rapporten van haar onderzoekscel CEDOCA.
UNHCR heeft op 19-04-2016 nieuwe richtlijnen uitgevaardigd over hoe asielaanvragen van Afghaanse asielzoekers best beoordeeld worden. Dit document vervangt de eerder opgestelde richtlijnen over Afghanistan van 06-08-2013.
Volgens EHRM arrest F.G. tegen Zweden van 23-03-2016 moet het risico op vervolging na bekering worden onderzocht ook al roept de asielzoeker dit niet zelf in.