Laatste updates 17-5-2023 over de verplichte inschrijving bij VDAB en over de openingsuren van het registratiecentrum voor tijdelijke bescherming. Consulteer dit bericht regelmatig.
De socio-economische situatie in Afghanistan is geen “onmenselijke behandeling” in de zin van artikel 48/4, § 2, b) van de Verblijfswet. De onmenselijke behandeling moet worden veroorzaakt door een opzettelijke handeling of nalaten van een actor en moet gericht zijn tegen de betrokkene. De socio-economische situatie is na de machtsovername door de taliban in augustus 2021 is het gevolg van een complexe crisis waarvoor niet één specifieke actor verantwoordelijk is. Dit oordeelde de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV) in twee arresten op 12 en 13 oktober 2022. De RvV beklemtoont wel dat de huidige socio-economische situatie een schending van artikel 3 van het EVRM kan uitmaken en mee moet worden onderzocht bij de afgifte van een bevel om het grondgebied te verlaten.
We gaven onze eerdere nieuwspagina “Afghanistan: verblijfsaanvragen en bijstand sinds machtsovername Taliban” een update. We wijzigden ook de structuur. In dit huidige nieuwsbericht geven we een overzicht van de belangrijkste wijzigingen. We actualiseerden de volgende titels en informatie: 1.1.1. Praktisch verloop visumaanvraag - a) Afghaanse documenten verkrijgen, c) Indiening verbljifsaanvraag: Plaats en wijze van indiening, Verloop indiening, f) Afleveren visum; 1.1.2. Visum gezinshereniging - a) Flexibiliteit vereiste documenten?; 1.2.1. Behandeling van dossiers internationale bescherming; 2.5. Standpunt Centrale Autoriteit Burgerlijke Stand FOD Justitie Afghaanse documenten
Vanaf 16 maart 2022 is Rusland geen lid meer van de Raad van Europa. Vanaf 16 september 2022 zal Rusland ook geen lid meer zijn van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Wanneer Belgische overheden verzoeken om internationale bescherming en verblijfsaanvragen behandelen, zullen zij rekening moeten houden met deze verminderde rechtsbescherming.
Sinds 1-02-2022 is er nog 4 maanden vanaf een definitieve nationale beslissing om beroep in te dienen bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Voor nationale definitieve beslissingen vóór 1-02-2022 geldt nog de oude termijn van 6 maanden.
In het arrest Sabani t/België van 8-3-2022 oordeelt het Europees Hof voor de Rechten van de Mens dat het binnendringen in een woning van een vreemdeling zonder wettig verblijf zonder huiszoekingsbevel of toestemming van de betrokkene, een schending uitmaakt van het recht op eerbiediging van de woning (artikel 8 EVRM) en op onschendbaarheid van de woning (artikel 15 Grondwet).
Onze vaste webpagina over Afghanistan kreeg een grondige update: over de aflevering van Afghaanse documenten en paspoorten, legalisatie, grensoversteek, reizen, het beleid van DVZ bij visa-aanvragen, en van CGVS bij asielaanvragen.
RvV arrest nr. 265.593 van 16-12-2021 oordeelt dat DVZ onzorgvuldig handelt door het verblijf van een gevestigde vreemdeling te beëindigen op grond van rapporten van de inlichtingendiensten zonder voldoende verifieerbare of geverifieerde feitelijke grondslag.
RvV arrest nr. 265.069 van 7-12-2021 vernietigt de beëindiging van het verblijfsrecht van een mama waarbij DVZ onvoldoende rekening hield met het hoger belang van haar 14-jarige zoon die in België geboren en opgegroeid is.
RvV arrest nr 253.382 van 22 april 2021 vernietigt een beslissing tot signalering in het Schengeninformatiesysteem (SIS) terwijl er slechts een weigering van gecombineerde vergunning was genomen, en nog geen weigering van toegang.
Op 3-1-2022 trad het KB van 30-11-2021 in werking. Dit wijzigingsbesluit verduidelijkt de bevoegdheden van de veiligheidsmedewerkers-chauffeurs van de Dienst Vreemdelingenzaken.
Nieuwspagina over verblijfsprocedures van Afghanen vanuit Afghanistan en in België; verblijf, opvang en rechten van geëvacueerden; opsporing van familie en hulp in Afghanistan
In een arrest nr. 260.995 van 23-09-2021 oordeelde de RvV dat een bevel om het grondgebied te verlaten rekening moet houden met een niet-terugleidingsclausule, opgenomen in een beslissing van het CGVS na een verzoek om internationale bescherming.
EHRM arrest M.A. t. België van 27-10-2020 stelt schendingen van artikel 3 en 13 EVRM vast bij de gedwongen terugkeer van een Soedanees ondanks een rechterlijk tijdelijk repatrieerverbod, na samenwerkingmet een Soedanese identificatiemissie, zonder voorafgaand onderzoek van de risico's op foltering, en zonder reële kans voor betrokkene om zijn vrees en risico's toe te lichten.
Hof van Cassatie arrest nr. P.19.0428.N van 21 mei 2019 stelt dat het verblijfsrecht van een vreemdeling die Belg wordt vervalt, ook al koppelt de Verblijfswet zelf geen gevolgen aan het verwerven van de Belgische nationaliteit.
In twee arresten van 30-09-2020 (nrs. C-402/19 en C-233/19) bevestigt het Hof van Justitie (HvJ) zijn Abdida-arrest van 18-12-2014, in antwoord op prejudiciële vragen van het arbeidshof van Luik. Een derdelander die na 9ter-weigering moet terugkeren maar wiens gezondheid (of die van zijn kind, zelfs meerderjarig als dat volledig afhankelijk is) daardoor ernstig en onomkeerbaar kan verslechteren, moet een van rechtswege schorsend beroep kunnen instellen tegen het terugkeerbesluit en moet ook in zijn elementaire levensbehoeften kunnen voorzien. De Belgische wetgeving voldoet niet aan deze Europese rechtspraak. Het HvJ stelt daarom dat in de Belgische context het schorsings- en annulatieberoep bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV) tegen het terugkeerbesluit als van rechtswege schorsend moet beschouwd worden, en dat behoeftige personen dan een recht hebben op medische zorgen en op sociale bijstand.
In twee arresten van 2 juli 2020 stelt de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen dat een ‘verklaring vrijwillige terugkeer’ geen beslissing is die aangevochten kan worden voor de RvV, maar dat de beslissing om de overdrachtstermijn te verlengen wel vernietigd kan worden als ze louter steunt op de weigering om dergelijke verklaring te ondertekenen.
RvV arrest nr. 230 498 van 18-12-2019 vernietigt een bevel om het grondgebied te verlaten dat de Dienst Vreemdelingenzaken had laten betekenen aan een onwettig verblijvende Ghanees toen hij op het stadhuis was om zijn kind te erkennen. DVZ hield bij het nemen van het BGV onvoldoende rekening met het belang van het kind en het gezins- en familieleven van de man.
GwH arresten nr. 186/2019 en nr. 206/2019 stellen dat het annulatieberoep tegen 9ter-weigering (zonder ex nunc beoordeling) niet moet vergeleken worden met het beroep in volle rechtsmacht tegen een weigering van internationale bescherming (met ex nunc beoordeling). Bij wijziging van de medische situatie na 9ter-weigering is het annulatieberoep geen daadwerkelijk beroep, maar er zijn nog andere, daadwerkelijke beroepen mogelijk.
In de zaak N.A. tegen Finland van 14-11-2019 veroordeelt het EHRM Finland voor een schending van het recht op leven (artikel 2 EVRM) en verbod op foltering (artikel 3 EVRM) wegens onvoldoende onderzoek van het verzoek om internationale bescherming.
De Franse Cour Nationale du Droit d’Asile (CNDA) erkende op 26-07-2019 een Soedanese vluchteling omdat tijdens een identificatiemissie georganiseerd door de Belgische autoriteiten in najaar 2017 gegevens over hem bekend waren geraakt bij de Soedanese autoriteiten.