Dit nieuwsbericht geeft een overzicht van de gevolgen van de Brexit op vlak van verblijfsrecht en doelgroepbepaling Vlaamse inburgering, en zal later aangevuld worden met de gevolgen voor sociale rechten, familiaal IPR,... We volgen verdere ontwikkelingen op en blijven dit overzicht actualiseren.
Sinds 01-01-2021 gelden hogere leefloonbedragen. Dit heeft onder meer tot gevolg dat er nu 1.596,89 euro bewezen moet worden voor de vormen van gezinshereniging die afhangen van de voorwaarde dat men 'stabiele en toereikende bestaansmiddelen' heeft.
In arrest nr. 2020/AA/90 van 1-10-2020 veroordeelt het arbeidshof van Antwerpen het OCMW van Antwerpen tot het toekennen van dringende medische hulp aan een Marokkaanse jongen met diabetes.
In de strijd tegen belastingontduiking zijn banken verplicht om gegevens van hun klanten door te geven aan de FOD Financiën. Die geeft de informatie op haar beurt door aan het land van de fiscale woonplaats. In dit verband werden ook gegevens van sommige verzoekers om internationale bescherming doorgestuurd naar hun land van herkomst. Na tussenkomst van de Ombudsman is deze praktijk stopgezet.
In twee arresten van 30-09-2020 (nrs. C-402/19 en C-233/19) bevestigt het Hof van Justitie (HvJ) zijn Abdida-arrest van 18-12-2014, in antwoord op prejudiciële vragen van het arbeidshof van Luik. Een derdelander die moet terugkeren maar wiens gezondheid (of die van zijn kind, zelfs meerderjarig als dat volledig afhankelijk is) daardoor ernstig en onomkeerbaar kan verslechteren, moet een van rechtswege schorsend beroep kunnen instellen tegen het terugkeerbesluit en moet ook in zijn elementaire levensbehoeften kunnen voorzien. De Belgische wetgeving voldoet niet aan deze Europese rechtspraak. Het HvJ stelt daarom dat in de Belgische context het schorsings- en annulatieberoep bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV) tegen het terugkeerbesluit als van rechtswege schorsend moet beschouwd worden, en dat behoeftige personen dan een recht hebben op medische zorgen en op sociale bijstand.
In beschikking nr. 2020/105/C van 5-10-2020 veroordeelt de Rechtbank van eerste aanleg Brussel de Belgische staat om binnen de dertig dagen de procedure aan te passen, zodat verzoekers om internationale bescherming die het online formulier van DVZ invullen zich meteen kunnen aanbieden voor opvang. Momenteel moeten verzoekers in principe wachten op een afspraak bij DVZ alvorens ze worden opgevangen.
De instructie van 22-09-2020 bepaalt een snellere signalering aan het opvangcentrum dat een bewoner in de Dublinprocedure zit, hun specifieke traject van opvang en begeleiding, een mogelijkheid tot huisarrest door DVZ, en een mogelijkheid voor Fedasil om het recht op opvang te beperken wanneer de persoon niet meewerkt.
RvS arrest nr. 247.156 van 27 februari 2020 oordeelt dat een gebrek aan geloofwaardigheid niet voldoende is om medische attesten die opgelopen letsels objectief aantonen, niet in overweging te nemen voor internationale bescherming. Hiermee bevestigt de RvS eerdere rechtspraak (RvS nr. 244.033 van 26 maart 2019).
Raad van State arrest nr. 247.151 van 27 februari 2020 verwerpt een vordering tot schorsing ingediend door buurtbewoners tegen de beslissing om eind oktober 2019 een open opvangcentrum voor 130 verzoekers om internationale bescherming te openen in Zoutleeuw.
Sinds 20-7-2020 kunnen asielzoekers bij CGVS van Burundi, Eritrea, Jemen, Syrië, China en Somalië na 2 maanden collectief centrum naar een individuele opvangplaats.
In een arrest van 2 juli 2020 beslist het Europese Hof voor de Rechten van de Mens dat Frankrijk artikel 3 van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens schendt vanwege de leefomstandigheden van verzoekers om internationale bescherming die langdurig wachten op de registratie van hun verzoek.
In twee arresten van 2 juli 2020 stelt de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen dat een ‘verklaring vrijwillige terugkeer’ geen beslissing is die aangevochten kan worden voor de RvV, maar dat de beslissing om de overdrachtstermijn te verlengen wel vernietigd kan worden als ze louter steunt op de weigering om dergelijke verklaring te ondertekenen.
Door het Besluit van de Vlaamse Regering van 30-4-2020 krijgen erkend vluchtelingen vanaf 4-6-2020 slechts gezinsbijslag in het Vlaamse gewest vanaf de beslissing tot erkenning van de vluchtelingenstatus, en niet meer retroactief vanaf het indienen van het verzoek om internationale bescherming.
Sinds de Covid-19 pandemie zijn er tientallen veroordelingen van Fedasil door de Arbeidsrechtbank van Brussel om asielzoekers op te vangen die al weken wachten op een afspraak bij DVZ. Het Arbeidshof Brussel veroordeelde Fedasil ook tot opvang van een asielzoeker met een volgend verzoek (arrest 2020/888 van 20 mei 2020) en van een asielzoeker met een Dublinweigering (arrest 2020/756 van 24 april 2020).
Naar aanleiding van de corona crisis mogen asielzoekers van voor 19-03-2020 werken. Tot 30-06-2020 geldt de normale wachttermijn van vier maanden niet. Voorwaarde is wel dat de werkgever voor opvang zorgt.
Sinds einde januari 2020 werd bekend dat DVZ bij een negatieve Dublinbeslissing aan de verzoeker om internationale bescherming vraagt om binnen de tien dagen een “Verklaring vrijwillige terugkeer” te ondertekenen en terug te sturen. Zoniet beschouwt DVZ dit als een risico op onderduiken en verlengt DVZ de overdrachtstermijn tot 18 maanden.
GwH arrest nr. 41/2020 van 12-03-2020 vernietigt de verblijfsduurvoorwaarden voor de inkomensvervangende tegemoetkoming voor personen met een handicap, die waren ingevoerd op 26-03-2018: een vereiste van 10 jaar verblijf in België waarvan 5 ononderbroken schendt het standstill beginsel van artikel 23 Grondwet, en EU verordening 883/2004.
Voor bepaalde vormen van gezinshereniging moest sinds dan stabiele en toereikende bestaansmiddelen van1.555,09 euro bewezen worden. Door een nieuwe verhoging van het leefloon sinds 1-01-2021 is dat sinds dan 1.596,88 euro.
Het Koninklijk Besluit van 15-12-2019 bevestigt de lijst van veilige herkomstlanden voor asiel: Albanië, Bosnië-Herzegovina, Noord-Macedonië, Georgië, India, Kosovo, Montenegro en Servië.
Met een instructie beperkt Fedasil sinds 7-1-2020 de materiële opvang tot medische hulp van 1) asielzoekers met bijlage 26quater die niet tijdig konden overgedragen worden, en 2) asielzoekers in België die al internationale bescherming in een andere EU-lidstaat hebben. Nochtans hebben deze categorieën in principe recht op gewone materiële opvang. In kort geding op 22-1-2020 veroordeelt de arbeidsrechtbank Brussel in een dergelijk geval Fedasil tot opvang.
De instructie van 14-11-2019 laat vanaf 25-11 toe dat het terugkeertraject op vraag van betrokkene wordt uitgevoerd in de gewone materiële opvangstructuur, zonder toewijzing aan een open terugkeerplaats (OTP).
RvV arrest nr. 219.732 van 12-04-2019 vernietigt een niet-ontvankelijkheidsbeslissing door CGVS van een volgend verzoek om internationale bescherming. CGVS houdt onder meer onvoldoende rekening met een medisch attest dat gedetailleerd en conform het Istanbul-protocol elk letsel en de graad van consistentie omschrijft tussen de letsels en de verklaringen van verzoekster.