Financiële OCMW-steun bij verlengd uitwijzingsbevel niet altijd terugbetaald

Gedurende een deel van 2014 betaalde de POD Maatschappelijke Integratie financiële OCMW-steun bij een verlengd uitwijzingsbevel alleen terug als de betrokkene al financiële steun kreeg op het moment van betekening van het uitwijzingsbevel. Als de betrokkene op dat moment nog geen financiële steun kreeg, betaalde de POD MI geen financiële steun tijdens het verlengde uitwijzingsbevel terug.

Dat schreef de VVSG in een bericht in M-Weter in augustus 2014. Volgens VVSG en Kruispunt M-I was deze praktijk van de POD MI betwistbaar in individuele gevallen.

Sinds november 2014 publiceerde de POD MI twee FAQ's op zijn website. De POD MI komt daarmee terug op de eerdere praktijk, en betaalt opnieuw financiële steun terug bij een verlengd uitwijzingsbevel op grond van zwangerschap, geboorte of medische redenen. De praktijk bij een verlenging van uitwijzingsbevel om andere redenen is nog niet helemaal duidelijk.

We schetsen hierna het algemene kader en diverse juridische bronnen.

Betekenis en praktijk van het verlengd uitwijzingsbevel

In bepaalde gevallen verlengt de Dienst Vreemdelingenzaken de termijn van een bevel om het grondgebied te verlaten. Bijvoorbeeld bij zwangerschap. Daarmee erkent DVZ dat een terugkeer niet onmiddellijk mogelijk is, en geeft DVZ een “uitstel van vertrek”.

Op een overleg op 14 juli 2014 deelde DVZ nog aan Kruispunt M-I mee dat DVZ alleen een verlenging van uitwijzingsbevel toestaat als de persoon bewijst dat hij niet kan terugkeren om redenen onafhankelijk van zijn wil. Dit komt neer op situaties van overmacht. DVZ onderzoekt dat van geval tot geval.

Volgens DVZ zijn er verschillende aanvraagmogelijkheden:

  • in het algemeen: via de gemeente
  • in zeer dringende gevallen: rechtstreeks bij DVZ
  • voor asielzoekers (en andere vreemdelingen?) die in een materiële opvangstructuur verblijven: via de opvangstructuur

De wettelijke basis van het verlengd uitwijzingsbevel is artikel 74/14 en 74/17 van de Verblijfswet. De wet voorziet maar een aanvraagprocedure: rechtstreeks bij DVZ.

Volgens DVZ worden de aanvragen in principe behandeld door bureau C van de DVZ.

Recht op financiële OCMW-steun versus de praktijk van terugbetaling

  • De POD MI betaalt nog wel OCMW-steun terug als het uitstel van vertrek verleend werd op het moment dat de vreemdeling al financiële steun kreeg.
    • In die situatie past de POD MI de OCMW-wet toe. Volgens artikel 57, §2, vijfde lid van de OCMW-wet behouden vreemdelingen die maatschappelijke dienstverlening krijgen op het moment dat hen een uitwijzingsbevel betekend wordt, hun recht op maatschappelijke dienstverlening tijdens de termijn die ze hebben om dit uitwijzingsbevel uit te voeren. Dus ook tijdens de periode dat dit bevel verlengd wordt, bijvoorbeeld omwille van zwangerschap.
  • Volgens de M-Weter van augustus 2014 betaalde de POD MI gedurende een deel van 2014 geen steun meer terug voor vreemdelingen met een verlengd uitwijzingsbevel, als er nog geen steun was op het moment van betekening van het uitwijzingsbevel. De VVSG beschreef de situatie van een illegaal verblijvende vreemdeling die om een bepaalde reden (bijv. een zwangerschap) een uitstel van vertrek van de DVZ krijgt.
    • De OCMW-wet regelt die situatie niet. Vaste rechtspraak zegt echter dat vreemdelingen die wegens overmacht een uitwijzingsbevel niet kunnen uitvoeren, toch recht hebben op OCMW-steun. Ook de omzendbrief van 26 april 2005 bevestigt dat. Maar sinds kort heeft de POD MI zijn praktijk verstrengd.
  • Sinds november 2014 publiceerde de POD MI twee FAQ's op zijn website. De POD MI komt gedeeltelijk terug op de vorige praktijk:
    • Een vreemdeling aan wie een uitvoerbaar uitwijzingsbevel is betekend en die van de Dienst Vreemdelingenzaken een verlenging van het uitwijzingsbevel heeft gekregen op grond van zwangerschap, geboorte of medische redenen, kan aanspraak maken op financiële steun gedurende de termijn van de verlenging van het BGV.
    • De POD MI betaalt de kosten van de financiële steun die wordt toegekend gedurende de termijn van de verlenging van het uitwijzingsbevel terug aan het OCMW. De POD MI doet dit binnen de grenzen vastgelegd door het Ministerieel Besluit van 30 januari 1995, en voor zover een voorafgaand sociaal onderzoek het bestaan en de omvang van de nood aan steun vaststelt.
    • De POD MI betaalt de kosten van de financiële steun ook terug in nog een tweede situatie: als het OCMW veroordeeld werd tot steunverlening door de arbeidsrechter op grond van (medische) overmacht (ook als er geen verlenging van het uitwijzingsbevel wegens zwangerschap, geboorte of medische redenen werd toegekend).
  • De praktijk bij een verlenging van uitwijzingsbevel om andere redenen dan zwangerschap, geboorte of medische redenen, is niet helemaal duidelijk. We schetsen hierna het algemene kader dat daarvoor zou moeten gelden.

Algemene regeling voor OCMW-steun bij overmacht?

  • Volgens de omzendbrief van 26 april 2005 heeft een vreemdeling die onwettig in het land verblijft en om redenen onafhankelijk van zijn wil niet kan terugkeren naar zijn herkomstland, recht op maatschappelijke dienstverlening. Volgens de omzendbrief van 2005 moet hiertoe een recent bewijs van overmacht geleverd worden, dat door de DVZ bevestigd werd. Maar de POD MI en DVZ hebben hiervoor geen specifieke standaarddocumenten afgesproken.
    • Volgens de VVSG kunnen OCMW’s individuele gevallen voorleggen aan de POD MI en vragen onder welke voorwaarden de POD MI de steun toch terugbetaalt.
    • Volgens Kruispunt M-I zou de POD MI een verlengd uitwijzingsbevel moeten in aanmerking nemen. Volgens de Verblijfswet en de praktijk van DVZ wordt een uitwijzingsbevel alleen verlengd als de vreemdeling een situatie van overmacht heeft bewezen aan de DVZ. De omzendbrief van 26 april 2005 is nooit ingetrokken en zou dus moeten toegepast worden.
  • Bij weigering van OCMW-steun kan de betrokkene een beroep indienen bij de Arbeidsrechtbank. Hij kan zich hiervoor beroepen op de situatie van overmacht (bijvoorbeeld: zwangerschap). Hij kan zich ook beroepen op de verlenging van het uitwijzingsbevel door DVZ, wat aantoont dat DVZ de overmacht bevestigd heeft.
    • Wanneer de overmacht is bewezen, veroordelen arbeidsrechtbanken en -hoven OCMW’s tot het toekennen van financiële steun. De rechtspraak kent bij zwangerschap meestal maatschappelijke dienstverlening toe voor de volgende periode: twee maanden voor de vermoedelijke bevallingsdatum tot en met twee of drie maanden na de bevalling. Bij complicaties wordt deze termijn soms verlengd, bijvoorbeeld bij zwangerschapsdiabetes of wanneer er een keizersnede was.
    • Bij veroordeling door de Arbeidsrechtbank betaalt de POD MI de financiële steun wel terug.

Materiële opvang is anders geregeld

Artikel 7 van de Opvangwet voorziet een aantal situaties waarin het recht op opvang verlengd wordt.

  • Afgewezen asielzoeksters die in de opvang verblijven, kunnen daar verder verblijven vanaf de zevende maand van de zwangerschap tot twee maanden na de bevalling. Dit kan zelfs al is het uitwijzingsbevel niet verlengd. Een bewijs van de zwangerschap dat de vermoedelijke bevallingsdatum vermeldt, volstaat.
  • Afgewezen asielzoekers die in de opvang verblijven, kunnen daar verder verblijven als zij een aanvraag tot “uitstel van vertrek” indienen, tot wanneer de DVZ dit uitstel van vertrek weigert of toekent (tot wanneer het uitwijzingsbevel verlengd wordt).