Gecombineerde vergunning, korte- en langetermijnmobiliteit en gezinshereniging voor onderzoekers met gastovereenkomst

Op 1 maart 2023 wordt richtlijn (EU) 2016/801 gedeeltelijk omgezet. Vanaf dan stappen ook onderzoekers met een gastovereenkomst bij een erkende onderzoeksinstelling in het systeem van de gecombineerde vergunning. Zij zijn dus niet langer vrijgesteld van gecombineerde vergunning. Onderzoekers met een vergunning voor onderzoekers uit een andere EU-lidstaat kunnen vanaf 1 maart 2023 gebruik maken van hun recht op korte- of langetermijnmobiliteit. Er gelden afwijkende regels voor gezinshereniging.

Nieuwe regeling voor onderzoekers vanaf 1 maart 2023

Vanaf 1 maart 2023 geldt voor onderzoekers met een gastovereenkomst bij een erkende onderzoeksinstelling in België het volgende:

  • Als het onderzoek meer dan 90 dagen duurt, vraagt de werkgever een gecombineerde vergunning voor onderzoekers aan. Er geldt een vrijstelling van arbeidsmarktonderzoek bij deze aanvraag. De beslissing wordt genomen binnen een termijn van 60 dagen vanaf de dag dat de aanvraag door het bevoegde gewest ontvankelijk werd verklaard, in tegenstelling tot de gebruikelijke 120 dagen.
    • Familieleden van een onderzoeker met gastovereenkomst genieten vanaf 1 maart 2023 van een verkorte behandelingstermijn van 90 dagen voor gezinshereniging (in plaats van 9 maanden, tweemaal verlengbaar met drie maanden). Wanneer de onderzoeker en het familielid hun verblijfsaanvraag op hetzelfde moment indienen, behandelt DVZ de aanvragen gelijktijdig (zie artikel 10ter §2quinquies Vw). Voor het overige gelden de gewone regels voor gezinshereniging met een derdelander met beperkt verblijfsrecht.
  • Als het onderzoek minder dan 90 dagen duurt, geldt een vrijstelling van arbeidskaart, zowel in het Vlaams als in het Brussels Hoofdstedelijk gewest.

Daarnaast hebben onderzoekers met een vergunning als onderzoeker in een andere EU-lidstaat onder bepaalde voorwaarden een recht op korte- of langetermijnmobiliteit:

  • Kortetermijnmobiliteit betekent dat de onderzoeker met een vergunning als onderzoeker in een andere EU-lidstaat een deel van zijn onderzoek in België uitvoert gedurende een periode van maximaal 180 dagen binnen elke periode van 360 dagen.
    • Hiervoor is de onderzoeker vrijgesteld van arbeidskaart of gecombineerde vergunning.
    • Ook de familieleden die in een andere EU-lidstaat een verblijf als familielid van deze onderzoeker hebben, hebben recht op korte-termijnmobiliteit.
    • De onderzoeker en zijn familielid in kortetermijnmobiliteit moeten zich binnen de drie werkdagen na binnenkomst aanmelden bij de gemeente. Ze krijgen van de gemeente een bijlage 62 geldig voor de duur van het geplande verblijf (van maximum 180 dagen) op voorlegging van de volgende documenten:
      • de verblijfsvergunning voor onderzoeker of familielid van een onderzoeker, afgeleverd door de eerste lidstaat die minstens geldig is voor de duur van het geplande verblijf;
      • een geldig paspoort dat minstens geldig is voor de duur van het geplande verblijf;
      • als van toepassing, de gastovereenkomst afgesloten door de onderzoeker met een erkende onderzoeksinstelling in België of een ander document waaruit de duur van het verblijf blijkt;
      • Als de aanvraag wordt ingediend door het familielid van een onderzoeker, het bewijs dat de onderzoeker in België verblijft.

De onderzoeker en zijn familielid in kortetermijnmobiliteit worden niet ingeschreven in het rijksregister en er vindt geen woonstcontrole plaats.

  • Langetermijnmobiliteit betekent dat de onderzoeker met een vergunning als onderzoeker in een andere EU-lidstaat een deel van zijn onderzoek in België uitvoert gedurende een periode van meer dan 180 dagen.
    • Hiervoor moet een gecombineerde vergunning worden aangevraagd. Er geldt een vrijstelling van arbeidsmarktonderzoek bij de aanvraag.
    • De beslissing wordt genomen binnen een termijn van 60 dagen vanaf de dag dat de aanvraag door het bevoegde gewest ontvankelijk werd verklaard te worden afgeleverd, in tegenstelling tot de gebruikelijke 120 dagen. (Opmerking: België is hiermee soepeler dan de Richtlijn, die een termijn van maximum 90 dagen toelaat.)
    • Ook de familieleden die in een andere EU-lidstaat een verblijf als familielid van deze onderzoeker hebben, hebben recht op lange-termijnmobiliteit in België. In dat geval geldt er voor de aanvraag gezinshereniging een verkorte behandelingstermijn van 90 dagen (in plaats van 9 maanden, tweemaal verlengbaar met drie maanden). Wanneer de onderzoeker en het familielid hun verblijfsaanvraag op hetzelfde moment indienen, behandelt DVZ de aanvragen gelijktijdig (zie artikel 10ter §2quinquies Vw). Als het familielid van de onderzoeker in lange-termijnmobiliteit de onderzoeker al vervoegde in de eerste lidstaat, moet het familielid de volgende documenten voorleggen:
    • de geldige verblijfstitel afgeleverd door de eerste lidstaat, en
    • het bewijs dat hij in de eerste lidstaat verbleven heeft in de hoedanigheid van familielid

Voor het overige gelden de gewone regels voor gezinshereniging met een derdelander met beperkt verblijfsrecht.

Meer info is terug te vinden op de nieuwe webpagina ‘Onderzoeker met gastovereenkomst’.

Zoekjaar na voltooiing onderzoek

Om volledig te zijn vermelden we nog eens het zoekjaar na voltooiing van het onderzoek. Dat is al sinds 1 januari 2023 in werking en werd besproken in onze vorige nieuwsbrief. Na het voltooien van het onderzoek kunnen onderzoekers met een gastovereenkomst of onderzoekers die gebruik hebben gemaakt van hun recht op mobiliteit in België op deze manier een verblijfsrecht van maximaal 12 maanden aanvragen om werk te zoeken of een onderneming op te richten en zo een statuutswijziging naar arbeidsmigrant te bekomen.

Meer info is terug te vinden op onze nieuwe webpagina ‘Zoekjaar na voltooiing onderzoek’.