Gecombineerde vergunningsprocedure ook van toepassing op Europese Blauwe kaart en seizoenarbeiders

Op 2 september 2019 trad het Samenwerkingsakkoord van 6 december 2018 gedeeltelijk in werking. Hierdoor moeten sinds 2 september 2019 hooggeschoolde werknemers die een Europese blauwe kaart aanvragen en seizoenarbeiders die voor meer dan 90 dagen tewerkgesteld worden, de gecombineerde vergunningsprocedure volgen. Hoewel de procedure hetzelfde verloopt als de aanvraag voor een gecombineerde vergunning, bestaan er voor deze categorieën afwijkende termijnen.

Europese Blauwe kaart

Om een Europese Blauwe kaart te bekomen moet je een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur of van minimum één jaar afsluiten. Deze situatie is dus voor meer dan 90 dagen en zal steeds onder de gecombineerde vergunningsprocedure vallen.

Verder moet je een diploma van hoger of universitair onderwijs hebben. De studies moeten minimaal 3 jaar geduurd hebben.

Ten slotte moet je een bepaald minimumloon verdienen. Dit verschilt per gewest:

  • In het Vlaams gewest moet je minimaal 120% van het gemiddeld bruto jaarloon verdienen. Voor 2019 bedraagt dit 50.242 euro.
  • In het Brussels Hoofdstedelijk gewest moet je minimaal 52.978 euro verdienen in 2019. Dit bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd.

De termijn voor de beslissing in verband met de gecombineerde vergunning is 90 dagen vanaf de dag dat de aanvraag door het bevoegde gewest ontvankelijk werd verklaard.

Seizoenarbeiders

Seizoenarbeiders dienen afhankelijk van het geval een arbeidskaart of een gecombineerde vergunning aan te vragen:

  • Indien de tewerkstelling minder dan 90 dagen duurt, dient een arbeidskaart te worden aangevraagd.
  • Indien de tewerkstelling meer dan 90 dagen duurt, dient een gecombineerde vergunning te worden aangevraagd. Voor seizoenarbeid kan deze maximaal voor vijf maanden worden toegekend per periode van 12 maanden.

Voor seizoenarbeiders geldt geen vrijstelling van arbeidsmarktonderzoek. De werkgever dient dus aan te tonen dat hij geen geschikte kandidaten kan vinden op de arbeidsmarkt binnen een redelijke termijn.

  • Het Vlaams gewest specifieert op zijn website dat wat dat betreft een vacature voor seizoenarbeid minimaal drie weken moet hebben opengestaan in gedeeld beheer met de VDAB, in tegenstelling tot de gebruikelijke zes weken
  • Het Brussels Hoofdstedelijk gewest specifieert dit niet verder op zijn website. Vragen hierover kunnen gesteld worden via arbeid.eco@gob.brussels

Daarnaast bepalen de gewesten voor welke sectoren een gecombineerde vergunning voor seizoenarbeid kan worden aangevraagd:

  • Vlaams gewest: landbouw-, tuinbouw- of horecasector
  • Brussels Hoofdstedelijk gewest: landbouwsector

Ook voor seizoenarbeiders dient de beslissing inzake de gecombineerde vergunning binnen een termijn van 90 dagen vanaf de dag dat de aanvraag door het bevoegde gewest ontvankelijk werd verklaard te worden afgeleverd. Indien het gaat om een seizoenarbeider die in de loop van de voorafgaande vijf jaar minimaal eenmaal als seizoenarbeider op het Belgisch grondgebied werd toegelaten en de voorwaarden van zijn verblijf heeft nageleefd, wordt de beslissingstermijn verkort naar 60 dagen. De beslissing over een vernieuwing of verlenging van een toelating tot arbeid als seizoenarbeider dient bovendien binnen de 30 dagen te worden genomen.

Overige bijzondere categorieën nog niet omgezet

Het samenwerkingsakkoord van 6 december 2018 bevat ook bepalingen die voorzien in de omzetting van verschillende andere richtlijnen, zoals binnen ondernemingen overgeplaatste personen, onderzoekers, stagiairs en vrijwilligers.

Deze wijzigingen zijn echter nog niet in werking getreden. Voorlopig blijven de oude regels dus van toepassing op deze categorieën van werknemers.

Meer info