Nieuw KB verduidelijkt bevoegdheden veiligheidsmedewerkers-chauffeurs DVZ

Op 3 januari 2022 trad het KB van 30 november 2021 in werking. Dit wijzigingsbesluit verduidelijkt de bevoegdheden van de veiligheidsmedewerkers-chauffeurs van de Dienst Vreemdelingenzaken.

Het KB bepaalt dat de veiligheidsmedewerkers-chauffeurs van de Dienst Vreemdelingenzaken in principe instaan voor de volgende taken:

  • de overbrenging van vreemdelingen vanuit of naar een centrum;
  • de overbrenging van vreemdelingen vanuit of naar een woonunit;
  • de overbrenging van vreemdelingen vanuit een gevangenis naar een luchthaven of naar de grens in het kader van de procedure voor verwijdering uit het Rijk

De politiediensten zullen deze overbrengingen enkel uitvoeren in plaats van de veiligheidsmedewerkers-chauffeurs om veiligheidsredenen of om redenen van operationaliteit en dit na risicoanalyse door de Dienst Vreemdelingenzaken.

Daarnaast bepaalt het wijzigingsbesluit dat de veiligheidsmedewerkers-chauffeurs bijstand mogen verlenen aan de bevoegde politiediensten op de luchthaven en zelfs tot aan de deur van het vliegtuig, nadat de vreemdeling aan deze politiediensten werd overgedragen. Onder bijstand op de luchthaven kan o.a. het bewaken van de cel waarin de aan de politiediensten overgedragen vreemdeling wordt geplaatst vooraleer hij kan boarden, worden verstaan.

De veiligheidsmedewerkers-chauffeurs mogen zelfs bijstand verlenen aan boord van het vliegtuig, maar deze bijstand moet dan wel uitdrukkelijk gevraagd worden door de politiediensten. Dit houdt in dat de veiligheidsmedewerker-chauffeur de vreemdelingen van boord kan halen of bijstand kan verlenen in noodsituaties. Onder `noodsituaties' kan o.a. een opstand aan boord van het vliegtuig of hevige weerstand door de te verwijderen persoon verstaan worden.

Als de veiligheidsmedewerker-chauffeur redelijke gronden heeft om te denken dat de vreemdeling tijdens de overbrenging een ontsnappingspoging zou kunnen ondernemen, kan hij door het nieuwe KB ook dwangmaatregelen nemen om zo’n poging te vermijden, ook al houdt dat niet altijd een gevaar in voor de fysieke integriteit van de vreemdeling of derden.

De dienstkaart van de veiligheidsmedewerkers-chauffeurs zal vanaf nu moeten beantwoorden aan het model dat zal worden vastgelegd in een ministerieel besluit.

Tenslotte kan het diensthoofd (of diens plaatsvervanger) beslissen om af te wijken van het minimumaantal veiligheidsmedewerkers-chauffeurs als uit de risicoanalyse geen indicaties naar voren zijn gekomen die kunnen wijzen op een veiligheidsrisico.