13 september 2017

De laatste Pot Pourri-wet, Pot Pourri V, houdt een aantal belangrijke wijzigingen in van het Wetboek Internationaal Privaatrecht (WIPR). Pot Pourri V (Wet van 6 juli 2017 houdende vereenvoudiging, harmonisering, informatisering en modernisering van bepalingen van burgerlijk recht en van burgerlijk procesrecht alsook van het notariaat, en houdende diverse bepalingen inzake justitie) is in werking getreden 3 augustus 2017. Hierna overlopen we de belangrijkste wijzigingen voor het familiaal internationaal privaatrecht:

Voortaan keuze naamwetgeving bij meerdere nationaliteiten

Artikel 37 WIPR bepaalt welk recht moet worden toegepast wanneer de naam wordt vastgesteld in België. Om de vaststelling van iemands naam te bepalen dient te worden gekeken naar de naamwetgeving van diens nationale recht. Dit artikel wordt nu uitgebreid voor personen met meerdere nationaliteiten.

Indien de betrokkene meerdere nationaliteiten heeft, kan deze voortaan kiezen van welke nationaliteit de naamwetgeving dient te worden toegepast. Deze bepaling geldt ook indien één van de nationaliteiten de Belgische is. Nu is dat artikel enkel nog van toepassing in geval van onenigheid of afwezigheid van keuze.

Wanneer een kind in België wordt geboren, zullen de ouders dus kunnen kiezen welke naamwetgeving zal worden toegepast om de naam van het kind te bepalen.

Bron: art. 49 wet Pot Pourri V, inwerkingtreding is voorzien ten laatste op 1 januari 2018, tenzij een KB een vroegere inwerkingtreding bepaalt. Een omzendbrief zal de toepassingsmodaliteiten nog nader bepalen.

Erkenning mogelijk van in buitenland gemaakte naamkeuze

Ook artikel 39 WIPR, dat de erkenning van de in het buitenland vastgestelde namen betreft, wordt vervangen. Voortaan kan ook een in het buitenland gemaakte keuze in België erkend worden, zonder dat er een voorrang van de Belgische nationaliteit moet worden afgetoetst ten opzichte van een tweede, niet- Europese nationaliteit.

Naast de toetsing aan de algemene erkenningsvoorwaarden van artikel 25 WIPR, kan een in het buitenland gedane vaststelling, of verandering, van naam worden erkend indien deze overeenstemt met:

  • het door de betrokkene gekozen recht waarvan de betrokkene de nationaliteit bezit
  • het recht van de gewone verblijfplaats van betrokkene, indien de akte daar ook is opgesteld geweest.

Indien die keuzemogelijkheid in het buitenland niet is voorzien, kan de Belg toch nog kiezen voor de toepassing hiervan op het moment van de inschrijving of overschrijving van de buitenlandse akte of vonnis in de Belgische registers. Deze keuze dient dan wel te gebeuren binnen de 5 jaar na de vaststelling van de naam.

Wanneer een kind in het buitenland wordt geboren, zal de daar toegekende naam voortaan dus in meer gevallen erkend kunnen worden.

Met deze wetswijziging wordt de Belgische wet meer afgestemd op de rechtspraak van het Hof van Justitie. De wilsautonomie van de betrokkenen komt meer centraal te staan en het recht van de gewone verblijfplaats wordt als aanknopingspunt erkend.

Bron: artikel 50 Wet Pot Pourri V, inwerkingtreding is voorzien ten laatste op 1 januari 2018, tenzij een KB een vroegere inwerkingtreding bepaalt. Een omzendbrief zal de toepassingsmodaliteiten nog nader bepalen.

Wijzigingen op het gebied van het familierecht

  • Adoptiemogelijkheid na eerdere kefala: De wetgever wil duidelijkheid brengen omtrent de vereiste toestemming bij adoptie van kinderen uit landen die noch de adoptie, noch de plaatsing met het oog op adoptie kennen (art. 361 – 5 bW), in het bijzonder dan uit landen die enkel de kefala kennen, zoals bv. Marokko en Algerije. In de praktijk ontstond daarover een verschillende interpretatie waardoor de wettelijke regeling zoals ze voorzien was, in bepaalde gevallen werd uitgehold. Daarom is bepaald dat een ad hoc voogd zijn toestemming moet geven.

Bron: artikel 66 Wet Pot Pourri V (wijziging van art. 348/5 BW en art. 68 WIPR), in werking getreden op 3 augustus 2017

  • Bevoegdheid familierechtbank: De afbakening van de onderlinge bevoegdheidsverdeling tussen de familierechtbank en de rechtbank van eersteaanleg wordt duidelijker omschreven. Bovendien wordt voortaan uitdrukkelijk bepaald dat de familierechtbank het bevoegde rechtscollege is voor alle zaken met betrekking tot nationaliteit en staatloosheid.

Bron: art. 72 Wet Pot Pourri V (wijziging artikel 570 § 1 gerechtelijk Wetboek), in werking getreden op 3 augustus 2017

  •  Consulair Wetboek: in het Consulair Wetboek wordt de bevoegdheid van de familierechtbank opgenomen voor volgende zaken:
    • vonnis houdende vaststelling van geboorte in geval van laattijdige geboorteaangifte
    • verbetering of vernietiging van de akten van de burgerlijke stand opgesteld door de consulaire ambtenaren
    • procedure tot opheffing verzet Procureur des Konings tegen afgifte van een attest van geen huwelijksbeletselen

Bron: artikelen 90-93 Wet Pot Pourri V (wijziging artikelen 7.4°, 15, 16 en 71. 2e lid Consulair Wetboek), inwerking getreden op 3 augustus 2017

Wijzigingen Gerechtelijk Wetboek: verzoeken betreffende de grensoverschrijdende maatregelen inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid en de bescherming van kinderen

Om een betere tenuitvoerlegging van de Brussel IIbis-Verordening in de Belgische rechtsorde te realiseren, wordt een aantal bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek aangepast zodat de procedure en de bevoegdheid inzake bovengenoemde verzoeken beter bepaald is. Het zijn voornamelijk wetswijzigingen die erop gericht zijn om bestaande onduidelijkheden weg te nemen, met als belangrijkste wijziging dat nu expliciet is voorzien dat het mogelijk is om de procedure verzoek tot terugkeer samen te voegen met een lopende procedure inzake ouderlijke verantwoordelijkheid in plaats van de lopende procedure ten gronde ambtshalve op te schorten

Bron: Artikelen 102-106 Wet Pot Pourri V (wijziging artikelen 633 septies, eerste lid en arttn. 1322 sexies, nonies, decies en duodecies Gerechtelijk Wetboek), inwerking getreden op 3 augustus 2017