Woonstbetreding en vasthouding zonder (rechterlijke) toestemming is onwettig

Geactualiseerd op 17 november 2016

Wanneer de politie een onwettig verblijvende vreemdeling thuis wil oppakken met het oog op repatriëring, mag zij de woning niet betreden. Tenzij met toestemming van de betrokkene zelf of van een rechter.

In haar beschikking van 22 december 2015 oordeelde de Kamer van Inbeschuldigingstelling (KI) van Brussel dat de arrestatie van betrokkene onwettig was bij gebrek aan toestemming. De KI beval dan ook zijn vrijlating.

Onschendbaarheid van de woning

De KI baseerde zich voornamelijk op artikel 15 van de Grondwet (GW). Dat artikel waarborgt de onschendbaarheid van de woning. In principe kan een woning niet zonder toestemming van de bewoner betreden worden, tenzij in de gevallen die de wet bepaalt. Het betreden van een woning om onwettig verblijvende personen administratief aan te houden, is niet bij wet voorzien.

In dit geval had geen enkele rechterlijke instantie machtiging gegeven om de woning van de betrokkene te betreden met het oog op zijn administratieve aanhouding.

Uit het dossier blijkt bovendien niet dat betrokkene impliciet of expliciet toestemming had gegeven aan de politie om zijn woning te betreden.

Beslissing Kamer van Inbeschuldigingstelling

Bij gebrek aan een machtiging en een impliciete of expliciete toestemming vormt de woonstbetreding en de daarop volgende vasthouding door de politie een schending van artikel 15 GW en artikel 8 EVRM.

Volgens de KI kan die schending enkel hersteld worden door betrokkene in vrijheid te stellen. De beschikking van de raadkamer wordt dan ook vernietigd.