Onwettig verblijf is strafbaar - hulp bieden niet

Theoretische strafbaarstelling

Onwettig verblijf is een administratiefrechtelijk feit, dat beheerd wordt door de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ).

Daarnaast is onwettig verblijf in theorie ook strafbaar in België. Volgens artikel 75 Verblijfswet kan iemand die België onwettig binnenkomt of er verblijft, gestraft worden met een gevangenisstraf tot 3 maanden en een geldboete. In de praktijk gebeurt dit echter zelden, en enkel wanneer er ook andere strafbare feiten gepleegd zijn.

De Belgische autoriteiten (DVZ) leveren meestal een bevel om het grondgebied te verlaten (BGV) af, een uitwijzingsbevel om België binnen een bepaalde termijn te verlaten. Mensen zonder papieren moeten daar zelf gevolg aan geven. Wie daar geen gevolg aan geeft, loopt het risico op een gedwongen en begeleide terugkeer of repatriëring. Dat is geen "straf", dat zijn administratiefrechtelijke maatregelen.

Eerst moet deze administratieve <terugkeerprocedure mét administratieve dwangmaatregelen>doorlopen zijn, waarna de persoon toch zonder gegronde reden in België gebleven moet zijn, voor hij alsnog een straf wegens het misdrijf onwettig verblijf (en andere misdrijven) kan opgelegd krijgen. 

Geen meldingsplicht

Soms vragen organisaties, voorzieningen of besturen of zij een meldingsplicht hebben. Er is geen meldingsplicht van onwettig verblijf aan DVZ. Overheidsambtenaren hebben wel de morele plicht om strafbare feiten die zij tijdens de uitoefening van hun ambt vaststellen, te melden aan het parket (artikel 29 Wetboek Strafvordering). Dat is belangrijk als een strafrechtelijk feit anders niet gekend zou zijn. Voor een gewone vaststelling dat iemand onwettig verblijft, is dat echter niet de bedoeling. De bevoegde overheidsambtenaren van DVZ melden onwettig verblijf ook niet aan het parket. Onwettig verblijf wordt op zichzelf niet actief strafrechtelijk vervolgd, het wordt administratief aangepakt door DVZ.

Andere organisaties en personen hebben in België geen meldingsplicht (tenzij de algemene aangifeplicht voor geweld, integriteits-, of eigendomsmisdrijven).

Bovendien hebben heel wat functies een beroepsgeheim (bij vertrouwensrelatie) of discretieplicht (vertrouwelijkheidsplicht). Bijvoorbeeld advocaten, dokters, apothekers, scholen, vertalers, notarissen, ziekenhuis, OCMW, ...

Hulp bieden aan mensen zonder wettig verblijf

Hulp bieden uit voornamelijk humanitaire overwegingen aan mensen zonder wettig verblijf is niet strafbaar.

Vrijwilligers, professionele hulpverleners of ambtenaren mogen medische hulp verlenen, voedsel, kledij of onderdak geven, of op zoek gaan naar een oplossing voor de verblijfssituatie. Ze kunnen daarvoor niet vervolgd of bestraft worden.

Economische motieven mogen ook een rol spelen bij het verlenen van bijstand, voor zover ze niet primeren op de humanitaire overwegingen. Een verhuurder mag bijvoorbeeld een correcte huurprijs vragen voor een woonst.

Misbruik maken van de kwetsbare positie van mensen zonder wettig verblijf is wel strafbaar. Zo kunnen huisjesmelkers en werkgevers die werknemers zonder wettig verblijf tewerkstellen, wel vervolgd worden.

Ook mensensmokkel en -handel is strafbaar.