Raad voor Vreemdelingenbetwistingen - 1487 - 30-08-2007

Samenvatting

De Raad stelt vast dat er sprake is van een schending van de motiveringsplicht aangezien het kennelijk onredelijk is om uit het feit dat de echtgenoot van verzoekende partij werd opgesloten in de gevangenis af te leiden dat het niet mogelijk is om het bestaan van een gezinscel te verifiëren, daar waar verwerende partij in de bestreden beslissing zelf aangeeft dat het hebben van een verschillende verblijfplaats op zich niet volstaat om te besluiten dat er geen gezinscel zou bestaan en om, louter op basis van het ontbreken van inlichtingen nopens het al dan bestaan van de gezinscel de vestigingsaanvraag af te wijzen, daar waar verzoekende partij terecht aanvoert dat deze inlichtingen eenvoudig hadden kunnen bekomen worden.