Raad voor Vreemdelingenbetwistingen - 270.660 - 29-03-2022

Samenvatting

Het verzoek om internationale bescherming werd afgewezen. Verzoeker voerde aan te vrezen voor vervolging wegens zijn seksuele oriëntatie. Maar volgens verwerende partij is het louter behoren tot de LGBTI-gemeenschap in El Salvador niet voldoende om te besluiten tot de erkenning van de vluchtelingenstatus of de subsidiaire beschermingsstatus. Verwerende partij wijst hierbij op het feit dat, hoewel er homofobie is in El Salvador, homoseksualiteit er niet strafbaar is.
 
In zijn verzoekschrift beroept verzoeker zich op onder meer een schending van de motiveringsplicht, het zorgvuldigheidbeginsel en artikel 3 EVRM.
 
De Raad stelt vooreerst vast dat het doel van de uitdrukkelijke motiveringsplicht is bereikt daar verzoeker de motieven van de bestreden beslissing kent.
 
De Raad trekt de homoseksuele geaardheid van verzoeker niet in twijfel. Wat betreft de rechten van de LGBTI-gemeenschap in El Salvador, merkt de Raad evenwel op dat El Salvador de meeste Centraal-Amerikaanse landen overstijgt op dit vlak. Bovendien zijn, zoals verwerende partij opmerkte, homoseksuele handelingen er niet strafbaar, is er bescherming tegen discriminatie en is het mogelijk om haatmisdrijven op basis van seksuele geaardheid te vervolgen. Toch worden LGBTI-personen disproportioneel geraakt door het wijdverspreid geweld.
 
De Raad stelt vast dat er ernstige tekortkomingen zijn wat betreft doeltreffende beschermingsmechanismen gelet op de homofobie, discriminatie en geweld waaraan ook de Salvadoraanse overheden zich ten aanzien van de LGBTI-personen schuldig maken. De Raad verwijst tevens naar de richtlijnen van de UNHCR die LGBTI-personen aanmerkt als personen met een potentieel risicoprofiel. Toch is het niet zo dat elke LGBTI-persoon in El Salvador louter door zijn of haar seksuele geaardheid vervolging of ernstige schade riskeert. Daarom is een individuele beoordeling van het beschermingsverzoek noodzakelijk.
 
In casu bemerkt de Raad dat de pesterijen op zich niet dermate systematisch en ingrijpend zijn dat hierdoor fundamentele mensenrechten worden aangetast waardoor het leven in het land van herkomst ondraaglijk wordt. Deze kunnen op zich ook niet worden beschouwd als foltering of onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing in de zin van de subsidiaire bescherming.
 
Naast de pesterijen op school en op zijn werk, maakte verzoeker ook melding van twee geweldincidenten. De kernvraag bij deze incidenten is of verzoeker toegang heeft tot doeltreffende overheidsbescherming. Volgens de Raad heeft de commissaris-generaal niet de toegang tot effectieve overheidsbescherming voor LGBT-personen in El Salvador zorgvuldig beoordeeld en evenmin blijkt dat hij rekening heeft gehouden met de individuele omstandigheden van verzoeker.
 
De commissaris-generaal heeft geen voldoende zorgvuldige en toekomstgerichte beoordeling uitgevoerd naar verzoekers vrees voor vervolging in El Salvador. Aldus dringt verder onderzoek zich op. De Raad vernietigt bestreden beslissing.