Rechtbank van eerste aanleg
Brussel
2014/94/I
Onwettig verblijf – gratis rechtsbijstand – EHRM Anankomba Yula tegen België – slachtoffer mensenhandel – strafrechtelijke veroordeling – burgerlijke partijstelling – schadevergoeding – uitvoering - art. 6 EVRM – recht op eerlijk proces – gratis rechtsbijstand toegekend

De eiser heeft de Marokkaanse nationaliteit en verblijft onwettig in België. Hij is slachtoffer van mensenhandel. De correctionele rechtbank veroordeelde de dader. De eiser heeft zich burgerlijke partij gesteld en verkreeg de veroordeling tot schadevergoeding en interesten. De verzoeker heeft geen recht op rechtsbijstand zoals voorzien in artikel 668, c Ger. W. omdat gesteld wordt: “c) enig ander vreemdeling die op regelmatige wijze in België zijn gewone verblijfplaats heeft (of die op regelmatige wijze verblijft in één van de lidstaten van de Europese Unie)”. 

In de zaak Anankomba Yula tegen België erkende het EHRM het recht op rechtsbijstand aan een vreemdeling in onwettig verblijf wanneer het gaat om ernstige vragen gelinkt aan het recht op gezinsleven. In die zaak ging het om een kwestie van verwantschap. Hier wil het slachtoffer van mensenhandel toegang krijgen tot rechtsbijstand om de rechterlijke beslissing gedwongen te laten uitvoeren ten aanzien van de dader van de mensenhandel. In dit geval moeten we die rechtspraak van het EHRM analoog toepassen. Rechtsbijstand weigeren zou erop neer komen dat we de eiser even eerlijk proces en daadwerkelijk rechtsmiddel ontzeggen. Dit zou artikel 6 EVRM schenden. De eiser zou dan immers nooit de rechterlijke beslissing kunnen laten uitvoeren.