Einde van het verblijfsrecht

De minister of Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) kan een einde maken aan je verblijf in een van de volgende gevallen:

  • je voldoet niet meer aan de voorwaarden voor een tweede verblijf in België
  • je verblijft langer in België dan de geldigheid van je machtiging
  • om redenen van openbare orde of nationale veiligheid

Je krijgt dan een bevel om het grondgebied te verlaten (BGV). De lidstaat die je de status van langdurig ingezetene verleende, wordt op de hoogte gebracht van de verwijderingsbeslissing met het oog op een eventuele terugname.

Als je een BGV kreeg om redenen van openbare orde of nationale veiligheid voorziet de Verblijfswet een aantal bijkomende waarborgen:

  • de beslissing om het verblijf te beëindigen moet uitsluitend gebaseerd zijn op jouw persoonlijk gedrag en mag het niet gebaseerd zijn op economische gronden
  • motiveringen die losstaan van het individuele geval of met algemene preventieve redenen verband houden, mogen niet aangevoerd worden
  • bij het nemen van de beslissing houdt men rekening met de ernst of de aard van de inbreuk op de openbare orde of de nationale veiligheid die je begaan hebt of met het gevaar dat van je uitgaat,
  • men houdt ook rekening met de duur van je verblijf in België, het bestaan van banden met je land van verblijf of met het ontbreken van banden met je land van oorsprong, met je leeftijd en met de gevolgen voor jou en je familieleden

Tegen een BGV kan je een niet-schorsend beroep instellen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV).

Intrekking van het verblijfsrecht

De minister of Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) kan je verblijfsrecht ook intrekken als je fraude pleegde die bijgedragen heeft tot het bekomen van je machtiging tot verblijf. Je verliest dan retroactief je verblijfsrecht. Bij het nemen van de beslissing tot intrekking moet men rekening houden met:

  • de aard en de hechtheid van je gezinsband 
  • met de duur van je verblijf in België
  • met het bestaan van familie-, culturele of sociale banden met je land van herkomst

Tegen de beslissing tot intrekking en het BGV kan je een niet-schorsend beroep instellen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV).

Verwijdering van het grondgebied van de Europese Unie

Als je een actuele en voldoende ernstige bedreiging bent voor de openbare orde of nationale veiligheid kan de verwijderingsbeslissing uitgebreid worden tot het grondgebied van de EU. De minister of DVZ moet de lidstaat die je de status van langdurig ingezetene verleende, raadplegen bij het nemen van de beslissing. Ook gelden een aantal waarborgen:

  • de beslissing om het verblijf te beëindigen moet uitsluitend gebaseerd zijn op jouw persoonlijk gedrag en mag het niet gebaseerd zijn op economische gronden
  • motiveringen die losstaan van het individuele geval of met algemene preventieve redenen verband houden, mogen niet aangevoerd worden
  • bij het nemen van de beslissing houdt men rekening met de ernst of de aard van de inbreuk op de openbare orde of de nationale veiligheid die je begaan hebt of met het gevaar dat van je uitgaat,
  • men houdt ook rekening met de duur van je verblijf in België, het bestaan van banden met je land van verblijf of met het ontbreken van banden met je land van oorsprong, met je leeftijd en met de gevolgen voor jou en je familieleden

Als je internationale bescherming geniet in een andere lidstaat, kan de verwijderingsbeslissing enkel in de volgende gevallen uitgebreid worden tot het grondgebied van de EU:

  • Als je geen internationale bescherming meer geniet, of
  • Als er ernstige redenen bestaan om je te beschouwen als een bedreiging van de nationale veiligheid, of
  • Als je, omdat je definitief veroordeeld bent voor een bijzonder ernstig misdrijf, een bedreiging vormt voor de openbare orde

 In geen geval mag je verwijderd worden naar een land waar je blootgesteld wordt aan een schending van het non-refoulementbeginsel.

Je kan tegen het BGV een niet-schorsend beroep instellen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV).

Extra informatie