Met een verbintenis tot tenlasteneming (bijlage 32) neem je als garant de kosten ten laste van een derdelands student. Zo kan die student bewijzen dat hij voldoende bestaansmiddelen heeft.

Wat is een tenlasteneming?

Een tenlasteneming is een contract tussen de garant en de Belgische staat. De garant is verplicht om aan de Belgische staat of aan elk bevoegd OCMW de schulden van de student te betalen. Als de student de schulden niet betaalt, dan spreekt de Belgische staat of het OCMW de garant aan voor betaling.

De verbintenis tot tenlasteneming heeft als doel om te bewijzen dat de vreemdeling voldoende bestaansmiddelen heeft. De garant ondertekent een bijlage 32.

Een verbintenis tot tenlasteneming kan ook voorkomen in andere situaties dan voor een student. Als derdelander voor een kort verblijf in België kan een verbintenis tot tenlasteneming (bijlage 3bis) nodig zijn.

Wie kan garant zijn?

De persoon die de student ten laste neemt, heet de ‘garant’.

Het moet gaan om een natuurlijke, meerderjarige of ontvoogde persoon:

  • Belg
  • Unieburger met verblijfsrecht van meer dan 3 maanden in België of een andere lidstaat
  • derdelander met verblijfsrecht van onbepaalde duur in België of een andere lidstaat
  • familielid tot de derde graad in België of buitenland zonder toevoeging van verblijfsvoorwaarde: de verwantschapsband moet aangetoond worden met geboorteakten of andere officiële documenten die indien nodig gelegaliseerd / geappostilleerd zijn

Minimum netto-inkomen voor de garant

Als garant moet je een minimum netto-inkomen hebben van minstens 120% van het leefloon tarief ‘persoon met een gezin ten laste / leefloon categorie 3)’. Dit bedrag wordt nog vermeerderd met het maandelijks minimumbedrag dat een derdelands student moet bewijzen om over voldoende bestaansmiddelen te beschikken (789 voor academiejaar 2023 - 2024). 

Hierdoor bedraagt het te bewijzen maandelijks minimum netto-inkomen momenteel: 2.008,38 euro + 789 euro voor elke student ten laste.

Bewijs van inkomsten van de garant

Het inkomen van je partner of echtgenoot telt niet mee. Een garant is per definitie één individu.

Bij het beoordelen van jouw bestaansmiddelen:

  • wordt rekening gehouden met de aard en regelmatigheid
  • worden de middelen verkregen uit de aanvullende bijstandsstelsels, met name OCMW-steun, gewaarborgde gezinsbijslag en de gezinsbijslagen niet in aanmerking genomen
  • worden de werkloosheidsuitkering, inschakelingsuitkering en de overbruggingsuitkering niet in aanmerking genomen.

Ben je werknemer? Dan moet je alle volgende documenten overmaken:

  • minimum 3 recente loonfiches 
  • arbeidscontract dat nog minstens geldig is voor één academiejaar of de duur van het geplande verblijf of een werkgeversattest dat het type en de effectieve duur van het arbeidscontract verduidelijkt

Woon je als garant zelf in het buitenland? Dan bewijs je dit aan de hand van gelijkwaardige officiële documenten die door de bevoegde Belgische consulaire post geverifieerd worden, waarna 'voldoende solvabiliteit' aangebracht wordt op de bijlage 32. Zonder deze vermelding 'voldoende solvabiliteit' zal de bijlage 32 niet aanvaard worden.

Ben je zelfstandige? Dan moet je alle volgende documenten overmaken:

  • een kopie van het laatste aanslagbiljet in de personenbelasting
  • het bewijs van de betaling van sociale bijdragen
  • de inschrijving in de Kruispuntbank van Ondernemingen als het beroep dat vereist

Tenlasteneming voor welke schulden?

De garant verbindt zich tegenover de Belgische Staat voor de duur van het voorgenomen verblijf en 12 maanden nadien. Het gaat om deze kosten:

  • kosten van verblijf
  • gezondheidszorgen
  • studie
  • repatriëring

De garant moet niet instaan voor de schulden aan privébedrijven, zoals elektriciteitsfacturen, internetkosten etc.

Duur van de tenlasteneming

De duur van de tenlasteneming kan gekozen worden: 

  • de duur van het academiejaar
  • de volledige opleidingscyclus (bachelor, master, specialisatie, doctoraat, mobiliteitsprogramma)
  • 12 maanden in het kader van de zoektocht naar werk of het opstarten van een zelfstandige activiteit na afloop van de studies (het zoekjaar)

De garantstelling geldt telkens voor de gekozen duur vermeerderd met 12 maanden.

Procedure

Als je garant bent en in België verblijft, dan ga je naar je gemeente met alle inkomstenbewijzen. De gemeente verifieert of de garant de bijlage 32 mag ondertekenen en legaliseert de handtekening. Na doorsturen van alle bewijsstukken en de ondertekende bijlage 32, onderzoekt DVZ de solvabiliteit. Indien de bijlage 32 geldig is voor langere periode (cyclus), zal er voor de hernieuwing van het verblijf van de student wel door de gemeente en niet door DVZ gecontroleerd worden of de solvabiliteit nog steeds geldig is.

Als je garant bent en in het buitenland verblijft, dan ga je naar de bevoegde Belgische diplomatieke of consulaire post. Daar vul je de verbintenis tot tenlasteneming in. Je dient er de tenlasteneming in samen met de inkomstenbewijzen. De Belgische diplomatieke of consulaire post oordeelt dan of de garant voldoende solvabel is en vermeldt 'voldoende solvabiliteit' op de bijlage 32.

Extra informatie