Toekenning van het recht op ziekteverzekering

Wanneer je voor het eerst aansluit bij een ziekenfonds, krijg je recht op ziekteverzekering tot en met het einde van het jaar dat volgt op het jaar van de aansluiting (X+1). We duiden het aansluitingsjaar aan met een ‘X’. Daarna (vanaf X+2) controleert je ziekenfonds of je recht op ziekteverzekering verlengd kan worden.

Om het recht te kunnen verlengen, moet je voldoen aan een aantal voorwaarden. Deze voorwaarden vind je terug in artikelen 127 en 131 ZIV-besluit. Zelfs zonder wettig verblijf is het mogelijk om nog voor een bepaalde periode recht op ziekteverzekering te hebben. In de praktijk spreekt men daarom soms ook over een ‘uitlooprecht’.

Verlenging van recht bij een gerechtigde

Het ziekenfonds zal je recht op ziekteverzekering verlengen in het jaar X+2 (bijvoorbeeld 2013+2 =2015) als je voldoet aan de volgende twee algemene voorwaarden:

  • De bijdragen aan de RSZ moeten een minimumwaarde bereiken in het jaar X (bijvoorbeeld 2013). Je ziekenfonds kan dat controleren met de elektronische bijdragebonnen die de RSZ bezorgt of door de persoonlijke bijdrage die je betaalt. Lees meer over concrete bedragen op de website van het RIZIV.
  • Je moet in het vierde kwartaal van het refertejaar X, of in de loop van X+1, een hoedanigheid hebben  waarmee je aangesloten kan zijn. Bijvoorbeeld werknemer, zelfstandige, ingeschreven in het rijksregister.

Behoud van recht bij een persoon ten laste

Als persoon ten laste behoud je je recht op ziekteverzekering maximum tot het einde van het jaar volgend op het jaar waarin je je hoedanigheid verloren hebt. Stel je wordt 25 jaar oud in 2015, dan is er een behoud van recht tot eind 2016.

 

Extra informatie