Leefloon
staatloze
verblijfsrecht
Art. 3, 1° en 3° wet 26 mei 2002
art. 2 KB du 11 juli 2002
GwH 17 december 2009
geen discriminatie uitgaande van art. 49 Vw.
onvrijwillige staatloosheid en afwezigheid van een link met derde landen en mogelijk om daar legaal en duurzaam wettig verblijf te krijgen
verschil in behandeling tussen vluchtelingen en erkende staatlozen
geen redelijke rechtvaardiging
leemte in de wet voor staatlozen
appreciatie door de rechter a quo
art. 159 Gw.
artikel 98 Vb. buiten toepassing laten
bevoegdheid van de rechter om een lacune in te vullen
gebruik van bestaande wettelijke bepalingen
art. 76 Vb.– machtiging tot verblijf onafhankelijk van de aflevering van de titel
beschikbaar voor de arbeidsmarkt
billijkheidsoverweging afgeleid uit de schijn van onwettig verblijf
toekenning leefloon
recht op maatschappelijke dienstverlening voor de betwiste periode
buiten toepassing laten art. 57, § 2 OCMW-wet
geen BGV
terugkeer naar herkomstland onmogelijk