Verklaring van wettelijke samenwoning in België

Kan je wettelijk samenwonen in België?

Internationale bevoegdheid

De eerste vraag om te weten of je een wettelijke samenwoning kan afsluiten is of er internationale bevoegdheid is van de Belgische ambtenaar van de burgerlijke stand. Lees meer

Aan welke voorwaarden moet je voldoen om wettelijk samen te wonen?

Een wettelijke samenwoning is een toestand van samenleven van twee personen die een verklaring van wettelijke samenwoning hebben afgelegd.

Een wettelijke samenwoning kan afgesloten worden door iedereen die een feitelijke toestand van samenwonen juridisch wil omkaderen. Het staat zowel open voor (homo- of heterosexuele) partners als voor niet-partners, zoals familieleden, vrienden, kennissen enzovoort.

Om een verklaring van wettelijke samenwoning te kunnen afleggen, moeten jij en je partner voldoen aan de volgende voorwaarden:

  • niet verbonden zijn door een huwelijk of een andere wettelijke samenwoning
  • bekwaam zijn om contracten aan te gaan. Dat betekent onder meer dat jullie meerderjarig moeten zijn.

Er geldt geen voorwaarde van wettig verblijf. Dit betekent dat ook mensen zonder wettig verblijf een wettelijke samenwoning kunnen afsluiten in de gemeente waar ze samen met hun partner verblijven. Volgens de instructies van het rijksregister moet de melding van een dergelijke wettelijke samenwoning in het rijksregister gebeuren met een fictief nationaal nummer (onderrichtingen voor het bijhouden van informatiegegevens in het rijksregister, hoofdstuk 23, Informatietype 123, pagina 148).

Welke wetgeving is van toepassing als je wettelijk wil samenwonen in België?

Sluit je een wettelijke samenwoning af in België? Dan is het Belgische recht van toepassing op alle aspecten van je samenlevingsrelatie.

Welke documenten heb je nodig?

De ambtenaar van de burgerlijke stand moet controleren of jullie voldoen aan de wettelijke voorwaarden voor een wettelijke samenwoning. Daarvoor moeten de volgende documenten voorgelegd worden.

Jij en je partner moeten je identiteit bewijzen. In principe doe je dat met een geldige identiteitskaart of een geldig paspoort. Kan je geen identiteitskaart of paspoort voorleggen, dan kan de ambtenaar van de burgerlijke stand elk ander document aanvaarden dat je identiteit bewijst. Bijvoorbeeld een rijbewijs of laissez passer met foto. Er moet altijd een foto staan op het voorgelegde identiteitsbewijs, tenzij die eis onredelijk is.

Jij en je partner moeten bewijzen dat je ongehuwd bent. 

In principe bewijs je je ongehuwde staat met een attest van ongehuwdheid uit het land waarvan je de nationaliteit hebt.

Was je vroeger al gehuwd? Dan bewijs je je ongehuwde staat door een bewijs voor te leggen van de ontbinding of nietigverklaring van je vorig huwelijk. Als de (laatste) echtscheiding of nietigverklaring in België uitgesproken of overgeschreven werd, zal de ambtenaar van de burgerlijke stand dat bewijs zelf opvragen.

Ben je ingeschreven in het bevolkings- of vreemdelingenregister? Dan kan de ambtenaar van de burgerlijke stand de gegevens uit dat register opvragen en als bewijs toevoegen aan het dossier, tenzij de ambtenaar vindt dat de informatie in het Rijksregister niet correct, niet bijgewerkt of onvolledig is. Bijvoorbeeld bij een lopend onderzoek naar de ontbinding van een vorig huwelijk. In dat geval vraagt hij toch een bewijs van ongehuwde staat. De soepele bewijsregeling geldt niet als je ingeschreven bent in het wachtregister.

Jullie moeten bewijzen dat jullie een gemeenschappelijke woonplaats hebben. 

Ben je ingeschreven in het bevolkings- of vreemdelingenregister? Dan kan de ambtenaar van de burgerlijke stand de gegevens uit dat register opvragen en als bewijs toevoegen aan het dossier, tenzij de ambtenaar vindt dat de informatie in het Rijksregister niet correct, niet bijgewerkt of onvolledig is. In dat geval vraagt hij toch een bewijs van inschrijving of een ander bewijs van jullie woonplaats vragen. De soepele bewijsregeling geldt niet als je ingeschreven bent in het wachtregister. 

Zijn jij, noch je partner ingeschreven in het Rijksregister? Dan kunnen jullie de gemeenschappelijke woonplaats bewijzen met alle mogelijke bewijsmiddelen. Bijvoorbeeld met een huurcontract, het feit dat de kinderen in de gemeente naar school gaan of een woonstcontrole door een wijkagent.

De ambtenaar van de burgerlijke stand kan naast bovenstaande documenten elk ander document vragen dat hij noodzakelijk acht om te kunnen nagaan of je voldoet aan de voorwaarden om een verklaring van wettelijke samenwoning af te leggen (bijvoorbeeld een eventuele ontheffing van de leeftijdsvereiste door de jeugdrechtbank, enzovoort). Vraagt de ambtenaar dat je nog een andere akte van de burgerlijke stand voorlegt? Als de akte in België opgemaakt of overgeschreven werd, zal hij het bewijs zelf opvragen.

Administratieve vereenvoudiging

De wet van 3 december 2005 en de omzendbrief van 16 januari 2006 vereenvoudigden de formaliteiten voor het afleggen van een verklaring van wettelijke samenwoning. Daardoor kan de ambtenaar van de burgerlijke stand in veel gevallen zelf de nodige documenten opvragen.

Welke ambtenaar is bevoegd?

Een verklaring van wettelijke samenwoning moet je afleggen voor de ambtenaar van de burgerlijke stand van jullie gemeenschappelijke woonplaats.

Procedure wettelijke samenwoning

Je overhandigt de schriftelijke verklaring van wettelijke samenwoning aan de bevoegde ambtenaar van de burgerlijke stand.

De schriftelijke verklaring bevat de volgende gegevens:

  • de datum van de verklaring
  • de naam, de voornamen, de plaats en de datum van geboorte en de handtekening van beide partijen
  • de gemeenschappelijke woonplaats
  • de vermelding van de wil van beide partijen om wettelijk samen te wonen
  • de vermelding dat beide partijen vooraf kennis hebben genomen van de inhoud van de artikelen 1475 tot 1479 Burgerlijk Wetboek. Dat zijn de wettelijke bepalingen over de wettelijke samenwoning.
  • eventueel de vermelding van een notarieel samenlevingscontract, als er een contract afgesloten werd 

De ambtenaar van de burgerlijke stand geeft jullie een ontvangstbewijs. Het ontvangstbewijs bewijst alleen de afgifte van de verklaring, maar vormt geen bewijs van het bestaan van de wettelijke samenwoning. De wettelijke samenwoning bestaat pas als de verklaring van wettelijke samenwoning vermeld wordt in het Rijksregister.

De afgifte van het ontvangstbewijs is belangrijk om 2 redenen:

  1. Het doet de wettelijke termijn lopen waarbinnen de ambtenaar van de burgerlijke stand melding moet maken van de verklaring van wettelijke samenwoning in het Rijksregister.
  2. heb je een bevel gekregen om het grondgebied te verlaten? Het ontvangsbewijs beschermt je tijdelijk tegen een gedwongen uitvoering van het bevel.

Ben je een vreemdeling zonder wettig verblijf of zit je in precair verblijf? Gegevensuitwisseling met DVZ.

De ambtenaar van de burgerlijke stand moet DVZ informeren over elke voorgenomen wettelijke samenwoning met een vreemdeling zonder wettig verblijf of een vreemdeling in precair verblijf. De ambtenaar moet een fiche invullen en opsturen naar DVZ. Dat moet zodra hij een ontvangsbewijs afgeeft aan het koppel dat de wettelijke samenwoning wil doen.

DVZ zal binnen 30 dagen na de ontvangst van de fiche de relevante inlichtingen waarover het beschikt (huwelijk in het buitenland, geweigerd huwelijk, feitelijke samenwoonst met een andere persoon, enzovoort) overmaken aan de ambtenaar van de burgerlijke stand.

Termijn 

De ambtenaar van de burgerlijke stand kan melding maken van de verklaring van wettelijke samenwoning,  zodra de voorwaarden om een wettelijke samenwoning af te sluiten, voldaan zijn.

De ambtenaar kan de melding maximum 2 maanden uitstellen als hij een ernstig vermoeden heeft dat:

  • het gaat om een schijnwettelijke samenwoning, of
  • jij en/of je partner de verklaring van wettelijke samenwoning aflegden zonder vrije toestemming, of
  • jij en/of je partner je toestemming gaf onder druk van geweld of bedreiging

De termijn begint te lopen vanaf de datum van het ontvangstbewijs. De bijkomende periode dient om onderzoek te voeren en eventueel advies te vragen aan het parket. De ambtenaar moet jullie onmiddellijk op de hoogte brengen van zijn gemotiveerde beslissing tot uitstel. Dat gebeurt best met een aangetekend schrijven of door rechtstreekse overhandiging tegen ontvangstbewijs (omzendbrief over strijd tegen schijnhuwelijken en schijnwettelijke samenwoningen van 6 september 2013). 

Het parket kan die termijn nog eens verlengen met een periode van maximum 3 maanden. In dat geval brengt het parket de ambtenaar daarvan op de hoogte, die op zijn beurt jullie moet verwittigen. Dat gebeurt best met een aangetekend schrijven of door rechtstreekse overhandiging tegen ontvangstbewijs (omzendbrief over strijd tegen schijnhuwelijken en schijnwettelijke samenwoningen van 6 september 2013).

In totaal kan de melding dus maximum 5 maanden uitgesteld worden. 

Als de ambtenaar geen enkele beslissing genomen heeft binnen de termijn van maximum 2 maanden, eventueel verlengd met 3 maanden, moet hij onmiddellijk melding maken van de verklaring in het Rijksregister.

Weigering melding

De ambtenaar van de burgerlijke stand weigert melding te maken van de verklaring van wettelijke samenwoning in de volgende gevallen:

  • Jij en/of je partner voldoen niet aan de wettelijke voorwaarden om een wettelijke samenwoning af te sluiten.
  • Het gaat om een schijnwettelijke samenwoning.
  • Jij en/of je partner legde de verklaring van wettelijke samenwoning af zonder vrije toestemming.
  • Jij en/of je partner gaf je toestemming onder druk van geweld of bedreiging.

De ambtenaar van de burgerlijke stand moet je onmiddellijk op de hoogte brengen van zijn gemotiveerde weigeringsbeslissing. Hij moet dat doen met een aangetekend schrijven of door rechtstreekse overhandiging tegen ontvangstbewijs. De kennisgeving moet je beroepsmogelijkheden vermelden (omzendbrief over strijd tegen schijnhuwelijken en schijnwettelijke samenwoningen van 6 september 2013).

Weigeringsbeslissing ter kennis gebracht van parket en DVZ

De ambtenaar maakt een kopie van zijn weigeringsbeslissing, samen met een kopie van alle nuttige documenten, over aan de procureur des Konings van het gerechtelijk arrondissement waarin de weigering plaatsvond en aan Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ). 

Jij of je partner kunnen binnen een maand na de kennisgeving van de weigeringsbeslissing beroep aantekenen bij de familierechtbank, zetelend zoals in kortgeding

Een procedure 'zoals in kort geding' betekent dat de pleegvormen van het kort geding (verkorte dagvaardingstermijn, bevoegdheid van de Voorzitter) worden gehanteerd, terwijl het toch om een procedure ten gronde gaat. Er wordt dus geen voorlopig oordeel uitgesproken, maar wel degelijk een vonnis ten gronde. Partijen moeten ook geen hoogdringendheid aantonen.

Tegen een negatieve beslissing van de familierechtbank kan je beroep aantekenen bij het hof van beroep. Bij een positieve beslissing zal de rechter de ambtenaar bevelen melding te maken van de verklaring in het Rijksregister. 

Opschorting bevel om het grondgebied te verlaten

Tijdelijke bescherming tegen gedwongen verwijdering

Als je een bevel kreeg om het grondgebied te verlaten en je wil een verklaring van wettelijke samenwoning afleggen, dan voorziet de omzendbrief van 17 september 2013 in een tijdelijke bescherming tegen gedwongen verwijdering.

De bescherming tegen gedwongen verwijdering geldt vanaf dat datum van het ontvangstbewijs dat je krijgt van de ambtenaar van de burgerlijke stand, eens je de nodige documenten overmaakte om een een verklaring van wettelijke samenwoning te doen.

Het bevel wordt niet gedwongen uitgevoerd tot:

  • de dag na de dag van de melding van de wettelijke samenwoning in het rijksregister, of
  • de dag van de weigering om melding te maken van de wettelijke samenwoning in het rijksregister

Uitzonderingen

De omzendbrief van 17 september 2013 somt een aantal gevallen op waarin de DVZ je bevel toch zal uitvoeren:

  • je wordt geacht de openbare orde of de nationale veiligheid te schaden,
  • je wordt geacht de internationale betrekkingen van België of van een Staat die partij is bij een internationale overeenkomst betreffende de overschrijding van de buitengrenzen, die België bindt, te kunnen schaden. In dat geval is er een eensluidend advies nodig van de Commissie van Advies voor Vreemdelingen,
  • je staat ter fine van weigering van toegang gesignaleerd staat in de Staten die partij zijn bij de Uitvoeringsovereenkomst van het Akkoord van Schengen, ondertekend op 19 juni 1990, hetzij omdat je aanwezigheid een gevaar uitmaakt voor de openbare orde of de nationale veiligheid, hetzij omdat je het voorwerp uitmaakte van een verwijderingsmaatregel die niet ingetrokken of opgeschort werd en die een verbod van toegang behelst wegens overtreding van de nationale bepalingen inzake de binnenkomst of het verblijf van de vreemdelingen,
  • je oefent een beroepsbedrijvigheid uit als zelfstandige of in ondergeschikt verband, zonder in het bezit te zijn van de daartoe vereiste machtiging;
  • je werd overgedragen aan de Belgische overheden met toepassing van de internationale overeenkomsten of akkoorden die België binden, door de overheden van de overeenkomstsluitende Staten, ter verwijdering van het grondgebied van deze Staten,
  • je moet door de Belgische overheden overgedragen worden aan de overheden van de overeenkomstsluitende Staten met toepassing van de internationale overeenkomsten of akkoorden die België binden,
  • je werd sedert minder dan tien jaar uit het Rijk teruggewezen of uitgezet, en de maatregel werd niet opgeschort of ingetrokken,
  • je maakt het voorwerp uit van een inreisverbod dat niet opgeschort of opgeheven is,
  • je maakte in het verleden al het voorwerp uit van een beslissing tot weigering om een huwelijk te voltrekken of om melding te maken van een verklaring van wettelijke samenwoning.