Raad voor Vreemdelingenbetwistingen - 91.580 - 16-11-2012

Samenvatting

De verzoekende partij werpt op het risico te lopen op een behandeling in strijd met artikel 3 EVRM. De bestreden beslissing dwingt haar om alleen achter te blijven in Kenia waar zij zich in een situatie bevindt met risico op onmenselijke en vernederende behandeling. Het wordt niet tegengesproken dat de verzoekende partij getrouwd is en dat haar echtgenoot het statuut van subsidiaire bescherming heeft gekregen in België. Alleen op basis van het feit dat de betrokkenen getrouwd zijn in Somalië zag de verwerende partij geen schending van artikel 8 EVRM door een visumweigering. Dit is echter flagrant onverenigbaar met de elementen van het dossier. De echtgenoot heeft immers de subsidiaire bescherming in België dat onlangs nog werd verlengd. Het is overduidelijk dat de verzoekster en haar man hun gezinsleven niet in Somalië kunnen voorzetten want de asielinstanties hebben erkend dat de echtgenoot daar een reëel risico loopt op ernstige schade en dat hij internationale bescherming geniet buiten zijn land. Bovendien spreekt de verzoekende partij tegen dat haar man zich naar Somalië begaf om er te huwen. Zij legt uit dat de huwelijksakte die zij voorlegde bij haar visumaanvraag het religieus huwelijk uit 2005 bevestigt. Zij legt verschillende stukken voor om aan te tonen dat haar man in België verblijf op het moment dat die akte werd afgeleverd en dat zijn aanwezigheid daarbij niet nodig was. Deze uitleg is plausibel. De voorgelegde stukken kunnen effectief bewijzen dat de echtgenoot op de betwiste datum in België was. De verwerende partij heeft geen observatienota neergelegd en ook geen ander element ter zake ter zitting die de bewijskracht van deze stukken in twijfel kan trekken. De bestreden beslissing is niet correct gemotiveerd met betrekking tot artikel 8 EVRM. De verzoekster is Somalische en verblijft in Kenia zonder daar een verblijfsrecht te hebben. Zij legt bewijzen van betalingen van huishuur in Nairobi voor en rekeninguittreksel van stortingen die haar echtgenoot aan haar deed. Haar echtgenoot heeft subsidiaire bescherming. Het blijkt uit het administratief dossier en het proceduredossier dat Somaliërs in Kenia in een instabiele situatie zitten gekenmerkt door talrijke geweldplegingen en ernstige schendingen van de mensenrechten. DE verzoekende partij wijst er op dat de situatie recent nog verslechterd is door de militaire tussenkomst van Kenia in Somalië. Het middel genomen uit artikel 3 EVRM lijkt ernstig. Het middel op basis van artikel 3 en 8 EVRM is ernstig. Ieder redelijk persoon kan onmiddellijk zien dat de verzoekende partijen het risico zou lopen op een moeilijk te herstellen ernstig nadeel als de bestreden beslissing uitgevoerd wordt. De verzoekende partij herinnert eraan dat zij tevergeefs talrijke minnelijke en gerechtelijke stappen heeft ondernomen om een beslissing te krijgen binnen een redelijke termijn. Zij benadrukt in het bijzonder dat de huidige bestreden beslissing twee voorgaande arresten van de Raad niet respecteert. Op het eerste gezicht in de huidige omstandigheden van uiterst dringendheid is het weinig waarschijnlijk dat een schorsingsarrest bij uiterst dringende noodzakelijkheid snel genoeg goed zal opgevolgd worden om het nuttig effect van het arrest te kunnen bewaren.